Support onmisbaar tijdens marathon: ’wij zorgen dat iedereen het haalt’
Foro Hielco Kuipers
Ruim twaalfduizend doorzetters waagden zich zondag weer aan een rondje tijdens de Leiden Marathon. Alle lopers kiezen een passende, maar uitdagende afstand. De rest van de stad komt niet weg met een middagje achterover leunen. Klappen, juichen en schreeuwen zijn de voorschriften. Het ’supporteren’ tijdens de marathon wordt eigenlijk ook een steeds grotere en populairdere bezigheid.
Elk jaar staan er natuurlijk honderden vrijwilligers klaar om de langste loop van Leiden rustig te laten verlopen. Mensen die de route bewaken of bij een EHBO of sponsenpost zitten; ze zijn van onschatbare waarde. Maar niet alleen de bereidheid voor het gereguleerde vrijwilligerschap is groot, ook zijn er veel plekken langs het parcours waar mensen uit zichzelf wat organiseren. Van een klaptafeltje met plastic bekertjes water, tot bierfeesten en fanfares. Een ronde langs de meest vertederende, idyllische en ouderwets gezellige plekken langs de kant.
Langlaufen
Het laatste stuk van de hele marathon gaat van Oud Ade via Leiderdorp naar Leiden. Vlak voordat deze laatste helse kilometers ingaan, komen de lopers langs het Dorpsplein in Oud Ade. Daar pakt men groots uit om de deelnemers een hart onder de riem te steken. Al vijf jaar wordt er een poort gebouwd, die elk jaar een ander thema heeft. „We hebben een hemelpoort gehad, als tegenstelling op de helse kilometers die ingegaan worden. Ook hebben we een keer de brug van Bartlehiem gebouwd en zo doen we elk jaar wat anders”, vertelt Ellen Heemskerk, één van de initiatiefnemers van het festijn.
Dit jaar zijn de hekken die het stuk voor de poort bewaken ingeruild voor biertafels. Daar zitten een heleboel Heidi’s en Lederhosen met een grote mok bier het marathonfeest te vieren. Het thema valt te raden. De poort is een Duitse herberg geworden, waarop met grote letters staat: ’Es ist langlaufen nach Leiden’. „We doelen daarmee natuurlijk op de laatste zware kilometers, maar we wilden eigenlijk ook ski’s op wielen regelen om een stukje mee te skiën. Dat is helaas niet gelukt”, zegt Heemskerk.
Ondanks dat er geen supporters mee skiën, krijgen alle lopers toch zichtbaar een boost als zij de Oud Adese poort passeren. Altijd gaan de handen even omhoog of er wordt geklapt boven het hoofd, een paar high-fives uitgedeeld en sommigen stoppen zelfs voor een slok bier. Het echte feest barst los als dorpsgenoot Dolf Rotteveel langskomt. „Marathonlopers zijn hier echt helden. Als Dolf zo terug is in het dorp, wordt hij ook gehuldigd op het podium. We gaan dus nog wel even door”, besluit Heemskerk.
Zes kilometer verderop, voor de Leiderdorpse Spanjaardsbrug komen de bikkelende lopers weer terug Leiden in voor de laatste kilometer. Daar staat de ’bluebant’ van Tamarco, die het publiek en de lopers opbeurt met gezellig meezingers. Iedereen kan het laatste steuntje in de rug van fanfareband heel erg waarderen. Vaak deinen de deelnemers nog even mee op de muziek. Zelfs op het nummer ’Zo ver weg’ van Guus Meeuwis.
Sprinterlaan
Het was een beetje een saai stuk van het parcours vond de organisatie, daarom werd Kees van Hees benaderd om de Splinterlaan wat op te leuken. Daar slaagde de Leiderdorper met vlag en wimpel voor en dus is de Splinterlaan tijdens de tien kilometer even de Sprinterlaan. Van Hees: „Sinds dit jaar hebben we voor het eerst een thema. We hebben met het grote rode doek een droomtheater gemaakt. En daarom zijn er veel prinsessen en lakeien. Verder is de hele buurt erg meedenkend, iedereen neemt wat mee, onwijs gezellig.”
Ongeveer vijftig meter na het droomtheater staat Bas (7). Bas hoeft niet op het springkussen, want hij heeft een belangrijke taak. Voor het huis heeft hij een tuintafeltje uitgeklapt met plastic bekertjes. Met de tuinslang vult hij ze. „We moeten toch zorgen dat iedereen het haalt”, zegt hij. En zo is het maar net.