De man maakte op 16 februari stennis bij een huis in Katwijk waar zijn zus verbleef. Zo vernielde hij een hondenhok en een ruit. Tegen de bewoonster zei hij: „Ik heb een negen millimeter pistool bij me, dus pas maar op.”

Hij wilde niet dat zijn zus bij de vrouw over de vloer kwam. Dat was niet goed voor haar, vertelde de man bij de Haagse politierechter. Het kind had al zoveel problemen. Hij gaf ruiterlijk toe dat hij het hondenhok in de voortuin van de woning had gesloopt.

Dat hij had gedreigd met een pistool, klopte ook, maar dat deed hij nadat hij zelf was afgeschrikt door de bewoonster. Die zou iets geroepen hebben over ’een mes pakken’. „Om mezelf te beschermen verzon ik toen maar dat ik een pistool bij me had.”

De Katwijker gaf bij de rechter toe dat het een ’heftig dreigement’ was. De vrouw zat ook in de rechtszaal en moest de hele tijd huilen. Volgens haar valt de verdachte haar nog steeds lastig, maar dat ontkende de verdachte. Hij bestreed ook dat hij de ruit van de woning heeft ingegooid.

Voor zijn zusje komt hij niet meer op. „Ik denk: joh, doe jij lekker je ding! Als ze naar de klote wil, moet ze het zelf maar weten.”

De officier van justitie eist voor het incident een werkstraf van tachtig uur. Verder pleitte hij voor een contactverbod. De Katwijker mag de vrouw niet meer bellen of op een andere manier lastig vallen. „Dit is een zaak van heftige agressie”, meende de officier.

De rechter verlaagde de geëiste straf van tachtig naar vijftig uur, maar nam de overige eisen over. Ook is volgens de rechter bewezen dat de Katwijker de ruit van de woning heeft ingegooid.