Enkele boer in Leidse regio wil stoppen met stoppersregeling
Boeren meldden zich massaal aan voor de stoppersregeling.© Archieffoto ANP
Boer Frank Winters uit Oud Ade was al van plan om te stoppen en naar Canada te verhuizen, maar door de stoppersregeling van de Nederlandse overheid is zijn plan in een stroomversnelling gekomen. Hij is één van de boeren die zich aanmeldden voor de subsidieregeling voor stoppende veehouders om zo de fosfaatproductie te verminderen.
Koeienboeren meldden zich afgelopen tijd massaal aan voor de stoppersregeling. Als ze met hun bedrijf stoppen, krijgen ze zo’n 1200 euro per koe, een bedrag dat deels door de overheid en deels door de boerensector zelf wordt opgehoest. Bijna 500 boeren hadden maandag 40.000 koeien aangemeld voor de eerste subsidieronde. ,,Hiermee is het budget van 12 miljoen bijna vier keer overschreden’’, zegt een woordvoerder van het Ministerie van Economische Zaken. Welke boer nu geld krijgt en welke niet, wordt bepaald door loting.
Ook Winters meldde zijn 55 melkkoeien aan voor de subsidie. Of hij die daadwerkelijk krijgt, hoort hij over een aantal weken. ,,Het is een mooie regeling’’, zegt hij. Een paar jaar geleden besloot hij dat hij zijn bedrijf naar Canada wil verhuizen. ,,Ik heb daar familie wonen; het is zo gegroeid.’’ Door de regeling zijn zijn plannen een jaar vervroegd.
Koeienruil
Voordat Winters zich aanmeldde voor de stoppersregeling heeft hij nog snel afspraken gemaakt over het ruilen van koeien met collega-boeren. ,,Ik heb mooie gezonde koeien, daar krijg ik oude koeien voor terug.’’ Wie meedoet aan de regeling moet zijn beesten naar de slacht brengen of naar het buitenland exporteren. ,,Dat wil ik niet, ik wil dat goede mijn koeien een leuke plek hebben en niet gelijk naar de slacht gaan.’’
Het verbaast Mart Duineveld van LTO Noord - afdeling Duin en Bollenstreek - niet dat er zoveel aanmeldingen zijn voor de regeling. ,,Er is nu zoveel onduidelijk in de regelgeving. Als ik tussen nu en vijf jaar van plan was om te stoppen, zou ik ook denken: bekijk het met die regels.’’ Toch is het aantal stoppers in de Leidse regio gering. Van de naar schatting honderd melkveebedrijven, zijn er ‘voor zover ik kan beoordelen nauwelijks tot geen boeren die zich hebben aangemeld voor de stoppersregeling’, zegt Duineveld.
Melkquotum
Sinds de afschaffing van het melkquotum bijna twee jaar geleden, groeide de veestapel en melkproductie in Nederland. Duineveld snapt dat daar iets mee moet gebeuren. ,, Veel collega’s zijn explosief gegroeid. Met elkaar hebben we onze eigen glazen ingegooid. Ik snap wel dat de productie minder moet, je moet op een gegeven moment regels maken. Maar nu wordt er elke keer iets nieuws verzonnen, er zijn steeds andere regels. We zijn de speelbal van de politiek.’’
Ook het bedrijf van koeienboer Willem-Jan van Graven uit Lisse groeide de laatste jaren van 135 naar 170 koeien. Om toch een bijdrage te leveren aan de fosfaatreductie, moet hij net als veel andere boeren wel een aantal koeien inleveren. ,,Er moeten er 25 weg. Dat betekent fors minder opbrengst.’’ Toch heeft hij er geen moment aan gedacht om te stoppen. ,,De eerste veertig jaar nog niet’’, zegt hij resoluut. Dat zoveel boeren nu wel willen stoppen, geeft volgens hem aan hoe groot de problematiek in de sector is. ,,Het laat de hoge nood op financieel gebied zien.’’
Van Graven en boer Dick Kwakernaak uit Oud Ade vinden de maatregelen om fosfaat terug te dringen, geen oplossing van een probleem. ,,De hele wereld heeft een fosfaattekort, Nederland heeft een overschot. Daar moet je iets mee doen. In mijn beleving hebben we geen probleem, het zijn kansen’’, zegt Van Graven. Kwakernaak: ,,Oplossen ligt in afvoeren en verwerken van mest. De halve aarde schreeuwt om mest en wij zitten hier te prutsen.’’