Het percentage van vijftien procent is volgens haar enkele jaren geleden vastgesteld, toen de druk op een goedkope woning veel minder hoog was. Hoewel de vijftien procent een richtlijn is die door bijvoorbeeld Leiderdorp wordt aangehouden, houden Leiden en Katwijk vooralsnog vast aan 20 procent. Andere subregio’s in Holland Rijnland houden 25 procent aan, zo blijkt uit antwoorden van het Voorschotense gemeentebestuur op vragen van het CDA.

Voorschoten hield vast aan 30 procent, maar heeft dat donderdag tijdens een verhit debat in de gemeenteraad, losgelaten. De dertig procent wordt alleen nog gehanteerd bij de drie bouwlocaties Starrenburg III, Intratuin en Segaar, in totaal goed voor zo’n 500 nieuwe huizen. Daarna neemt de raad per project een besluit. Overigens vallen de toekomstige woningbouwlocaties op buitenplaats Beresteijn en de Duivenvoordecorridor niet onder de te hanteren percentages sociale woningbouw.

Een meerderheid in de Voorschotense raad, CDA, VVD en D66, wil zoveel mogelijk dezelfde lijn hanteren als de buurgemeenten, omdat ze anders vrezen voor een aanzuigende werking van buiten. Voorschoten heeft al 459 mensen op de wachtlijst die gemiddeld zeven tot acht jaar op een huis moeten wachten. De andere partijen, ONS Voorschoten, GroenLinks en SP denken juist dat de wachtlijst nog langer wordt als Voorschoten minder goedkope woningen bouwt.

Regionaal portefeuillehouder Jos Wienen, burgemeester van Katwijk, was in oktober 2014 al bezorgd over het in Holland Rijnland afgesproken percentage sociale woningbouw. ,,De bestaande huurvoorraad wordt duurder, woningcorporaties verkopen een deel van hun bezit en er komen veel nieuwe statushouders.’’ Nadien is de vluchtelingenstroom gigantisch gestegen. Bremer verwacht dat Voorschoten dit jaar meer statushouders moet huisvesten dan de zestig die zijn opgelegd.