Snouck Hurgronjes werk is nu ’not done’

© publiciteitsfoto

Tessa de Wekker
Leiden

Journalist en arabist Maarten Zeegers publiceerde onlangs zijn boek ’Ik was één van hen’. Hij schreef daarin over zijn tijd in de Haagse Transvaalbuurt, waar hij drie jaar als moslim vermomd woonde. Behalve complimenten over het inkijkje dat hij had gegeven in de Haagse moslimgemeenschappen, kreeg Zeegers ook kritiek. Je voordoen als moslim terwijl je dat niet bent en mensen op die manier voorliegen, kan echt niet, vinden sommigen, zoals Anna Krijger, ook arabist en Midden-Oostencorrespondent voor NRC Handelsblad.

Ruim 130 jaar geleden deed Christiaan Snouck Hurgronje (1857-1936), later hoogleraar Arabisch in Leiden, ongeveer hetzelfde als Zeegers. Hij deed zich voor als moslim, Abd-el Ghaffar genaamd, en vertrok naar Mekka. Alleen moslims hebben toegang tot de heilige stad. Zijn reisverslag maakte hem in 1888 wereldberoemd.

Later werd Snouck Hurgronje adviseur van de Nederlandse regering in Atjeh. Ook daar deed hij zich voor als moslim. Hij trouwde zelfs met de dochter van een islamitische godsdienstambtenaar. Toen er vanuit Nederland kritiek kwam op dit huwelijk, zei Snouck dat hij het huwelijk alleen maar georganiseerd had om als wetenschapper het islamitisch huwelijksceremonieel te onderzoeken. Uit dit ’wetenschappelijk onderzoek’ kwamen vier kinderen voort.

Eenmaal terug in Leiden trouwde Snouck met een Nederlandse. Hij werd een gevierd onderzoeker en rector magnificus van de Universiteit Leiden. In zijn huis aan het Rapenburg zetelt tegenwoordig het Leids Universitair Fonds en in de Professorenwijk is een straat naar hem vernoemd. Kan dat, met de kennis van nu, nog wel voor iemand die met behulp van bedrog aan zijn informatie kwam? Waar een journalist een goede undercoveractie nog kan billijken, ook al krijgt hij kritiek, gaat een wetenschapper daarmee echt zijn boekje te buiten.

Dat zegt Pieter van Koningsveld. Hij is emeritus hoogleraar islamologie aan de Universiteit Leiden en had al in de jaren ’80 kritiek op het werk van Snouck Hurgronje. Die kritiek werd hem toentertijd niet in dank afgenomen. „De leerlingen van Snouck leefden toen nog. Inmiddels is men het wel eens met mijn kritiek.’’

Spion

Van Koningsveld zet vooral zijn vraagtekens bij het wetenschappelijke gehalte van Snoucks werk. „Hij ging naar Mekka als moslimgeleerde. Maar dat was hij niet. Hij was in Mekka en later in Atjeh eigenlijk een spion van de Nederlandse regering. Hij schreef rapporten over de vraag hoe de koloniale regering de islampolitiek het best kon vormgeven. Zijn wetenschappelijke werk is niet controleerbaar. Hij vermeldt zijn bronnen niet. Wetenschap moet transparant en openbaar zijn. Dat is de essentie van wetenschappelijk onderzoek en daaraan voldeed Snouck niet.”

Dan heeft Van Koningsveld het nog niet eens over het ethische gehalte van de acties van Snouck. „Als je je voordoet als moslim, treed je een vertrouwenspositie binnen. Er zijn mensen die zeggen dat een bepaald doel alle middelen heiligt. Daar behoor ik niet toe. Wat doet zo’n actie op den duur met het vertrouwen tussen bevolkingsgroepen?”

Nico Kaptijn, docent islamstudies, schreef een boek over de islam en het kolonialisme in Nederlands-Indië. Hij is het deels met Van Koningsveld eens. ,,Tegenwoordig zou het echt niet meer kunnen. Maar Snouck was rond 1885 in Mekka. Dat maakt wel een verschil, vind ik. Je moet zijn onderzoek en zijn methoden zien in zijn tijd. Hij bestudeerde de Islam en hij wilde weten wat er in Mekka gebeurde. Bovendien waren de boeken die hij wilde bestuderen alleen in Mekka verkrijgbaar. Pas later is er een kritische reflectie gekomen op bepaalde onderzoeksmethoden. Nu is zulk onderzoek not done, maar iedereen is nog wel blij met de informatie die Snouck heeft geleverd.”

Meer nieuws uit Leiden

Net Binnen

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.