'We hebben nu wel een sleutel in handen'

Aad Rietveld
Oegstgeest

Hij werd op zijn 31ste de jongste staatssecretaris van Nederland. Nu is hij bijna 73 en, als een duveltje uit een doosje, kersvers beëdigd als Eerste Kamerlid voor 50Plus. Deze week stond hij glunderend op het Binnenhof na een gesprek met het kabinet over het nieuwe belastingstelsel. De cirkel voor Oegstgeestenaar Martin van Rooijen is rond, zogezegd.

Vakantie?

,,Ik dacht dat de Eerste Kamer nu met zomerreces zou gaan, maar nee: er is nog een extra vergadering ingelast. Dus is mijn vrouw alvast maar naar onze vakantiestek gegaan en kom ik haar volgende week achterna. Ze zei nog: ’Begint het nu al?’

Ze is eraan gewend dat ik graag de dingen doe die op mijn pad komen. Ik loop liever niet weg voor uitdagingen. En dit is dé manier om hoofd, lijf en leden goed te houden, moet je maar denken.’’

50Plus

,,In januari belde Jan Nagel (senator van ouderenpartij 50Plus, red.) me op, out of the blue, met: ’Martin, we willen jou hoog op de kandidatenlijst zetten voor de Eerste Kamer’.

Ik heb er even over nagedacht, maar na een paar dagen gebeld dat ik beschikbaar was en zo kwam ik op nummer twee terecht. Een kansrijke plaats, maar we waren niet zeker van twee zetels, we hebben er de afgelopen maanden hard campagne voor gevoerd. En nu zit ik daar. Een hele vreemde gewaarwording.’’

Net een schoolklas

,,Ik voelde me de eerste dagen in de Eerste Kamer weer net een jongetje dat op de basisschool in de eerste klas komt. Zo onwennig, je weet niet wie de juf of meester is en je kent je klasgenoten nog niet. Je weet niet wie wie is en wat er gaat gebeuren. Het is wel allemaal heel beschaafd, héél netjes.

Het werk zal sommigen best zwaar vallen, want je moet alles zelf doen, zonder medewerkers of ambtenaren. Je moet dus wel weten waar je het over hebt. Ik ben althans blij dat ik die ervaring als staatssecretaris heb. Dan zie je toch vier jaar lang hoe de financiën van een land in elkaar zitten. Van die kennis profiteer ik nu, zoveel jaar later, nog, want mijn geheugen is prima.’’

Overbodig?

,,Ik vind het fenomeen Eerste Kamer niet overbodig. De meeste landen hebben twee Kamers. Het is grappig. In Nederland is alles in de Senaat ouder dan veertig, maar de gemiddelde leeftijd is bijna zestig. Ik haal dat gemiddelde met m’n 72 weer aardig omhoog, maar er zit ook een 29-jarige vrouw in voor de Partij van de Dieren, dus zo duikelt het weer naar beneden.’’

50Plus, geen CDA

,,Ja, ik ben mijn hele leven natuurlijk verbonden geweest aan het CDA. Daar ben ik al 55 jaar lid van – en dat blijf ik ook. Statutair mag en kan het hoor, er zijn meer mensen lid van twee politieke partijen. Ik heb wel even met het CDA-bestuur overlegd. Dat vond ik wel zo netjes. Maar niemand had – en heeft – commentaar.

Ik voel me wel degelijk thuis bij 50Plus, want de partij komt op voor ouderen, en dat doe ik zelf ook al jaren.’’

Pensioenlobby

,,Ik ben voorzitter van de Koepel van Nederlandse Verenigingen van Gepensioneerden. Daar voer ik al vijf jaar een pensioenlobby. Mijn slogan – die gelukkig overal is overgenomen – is dat we moeten zorgen voor een goed pensioen voor onze kinderen en kleinkinderen. Want kijk, wij dienen onze tijd wel uit, al is er al tien jaar geen indexatie toegepast, maar onze generatie heeft wel een redelijk pensioen opgebouwd omdat die lang bij dezelfde baas is gebleven.’’

Niet rijk

,,Er heerst momenteel zo’n tendens van: ouderen moeten niet klagen, want die zijn rijk. Maar slechts een beperkt gedeelte van de 65-plussers heeft een goed pensioen – dan heb je het over misschien tien procent, en daar hoor ik ook bij. Het overgrote deel heeft gemiddeld 500 euro bruto per maand, naast hun AOW, en dat is echt geen vetpot. Nog los van de vrouwen die parttime hebben gewerkt, die krijgen 200 euro, da’s helemaal niks. Daar gaat dan nog belasting af ook. Maar dat beeld van ’die rijke ouderen’ krijg je maar niet weggepoetst.’’

Fondsen schatrijk

,,Het argument dat jongeren geen goed pensioen krijgen omdat wij ouderen dat ’opeten’, is niet waar. Je bouwt met de premie die je betaalt je eigen pensioenpot op. Gemiddeld leg je veertig jaar premie in, premie die rendement oplevert, ook nog na je pensionering. En dan niet het rendement van de huidige rente die nog geen anderhalf procent bedraagt, waar de Pensioenfondsen mee moeten rekenen. Welnee, hun beleggingen leveren veel hogere rendementen op, gemiddeld zeven procent per jaar. In 2014 zelfs vijftien tot twintig procent.

De fondsen zijn schatrijk en worden steeds rijker. Hun potten zijn de laatste zeven jaar verdubbeld, van 700 naar 1400 miljard. En dat in de jaren van de grootste financiële en economische crisis van na de oorlog.’’

Feiten en cijfers

,,Er wordt wel eens gedacht of gezegd: die Van Rooijen kletst maar wat. Maar als ik feiten en cijfers noem, dan zijn het feiten en cijfers.’’

Politiek: muur

,,Je zou zeggen: een vereniging die meer dan 230.000 leden vertegenwoordigt en dus bijna net zo groot is als de CNV, telt dus mee in politiek Den Haag. Niets is minder waar. De politiek luistert niet naar ons, je praat tegen een muur. Ze hebben allemaal hun standpunten al ingenomen en gaan die niet meer bijstellen. Ik mag best langskomen, en ze horen je dan ook aan, maar ze luisteren niet echt, laat staan dat ze iets met onze argumenten doen. Maar, ik moet zeggen: nu ik in de Senaat zit, merk ik al dat ze me meer serieus gaan nemen. Daarom zit ik daar ook!’’

Te jong?

,,Precies 41 jaar geleden zat ik achter de regeringstafel. Nu zit ik er drie meter vandaan. Dat vind ik een krankzinnig idee. Destijds was ik de jongste staatssecretaris en volgens mij heeft niemand me ingehaald. Melanie Schultz was 32 toen ze het werd. In de Senaat ben ik één van de oudsten, althans, als nieuwkomer.

Of 31 jaar te jong was om staatssecretaris te worden? Niemand die dat toen tegen me zei. En als je een dag in zo’n functie zit, is het al alsof het doodnormaal is. Je zit in één keer in die rol. Je hebt ook geen tijd om je erover te verbazen. Het is dan gewoon wat het is.’’

Aan de sherry

,,Ik werd in december ’73 apart en dus alleen beëdigd en dan moet, mag je langs bij de koningin, destijds was dat Juliana. Ik moest om twaalf uur op paleis Soestdijk zijn. De chauffeur wachtte, want een uur later zou ik door minister Duisenberg aan de topambtenaren van het ministerie van Financiën worden voorgesteld.

Ik was beëdigd, vraagt Juliana: ’Wilt u een glaasje sherry?’ Ik dacht: ’O jee, ze wachten bij het ministerie op me!’ Maar je zegt geen ’nee’ tegen de koningin.

Na het eerste glaasje vroeg ze: ’Wilt u er nog één?’

Je begrijpt, ik kwam veel te laat in Den Haag.

Ik ben Juliana ook wel eens tegengekomen op de wintersport, in Lech, ja. Toen vroeg ze: ’Hoe lang bent u hier, mijnheer Van Rooijen?’ Ik zeg: ’Een week’. Oh, dat vond ze wel heel kort. ’Ja majesteit, het land roept’, antwoordde ik. Mooie herinneringen.’’

Zondagskind?

,,Ik vind het moeilijk om op die vraag een antwoord te geven. Als ik op mijn leven tot nu terugkijk, denk ik: in ’zondagskind’ zit het woord ’kind’. Daar heeft het mee te maken. Als kind realiseerde ik me al dat ik er iets van moest maken, iets met mijn talenten moest doen. Ik kwam uit een warm nest, had een gezond stel hersens. Ik deed twee studies tegelijk, zonder beurs, want daar kwam je destijds niet voor in aanmerking als je vader een vaste baan had.

Al heel vroeg was ik maatschappijbewust, op mijn 17e politiek actief. Ik zat in de Jeugdgemeenteraad van Rotterdam. Ik heb in die tijd al wel het gevoel gehad dat politiek wel eens mijn wereld zou kunnen worden.

Verder hangt het leven van toevalligheden aan elkaar. Ik heb nooit ergens hoeven solliciteren, want ik ben altijd overal voor gevraagd.’’

Grootste tegenslag

,,Dat ik in 1980 de politiek heb verlaten: dat vond ik heftig. Ik had mijn eerste termijn als staatssecretaris er op zitten, en wilde dolgraag door. Maar een tweede termijn zat er niet in, omdat de voorzitters van KVP, AR en CHU (voorlopers van het CDA, red.) zaten te ’kwartetten’ wie welke staatssecretaris mocht leveren en dat werd de CHU. Ik was van de KVP en greep ernaast. Dat was een klap. De CHU had nog geen kandidaat. Toen belde de partijvoorzitter van de CHU mij of ik ’iemand wist’. Dan moet je dus zelf de naam van je opvolger noemen.

Dat is hard, maar ja, de politiek is ook hard.’’

Doodongelukkig

,,Daarna werd ik weer Kamerlid. Een tijdje later trad minister Andriessen af. Ik vond het absurd dat een minister van financiën vertrok: dat hoort niet, dan moet het hele kabinet weg. De premier (Dries van Agt, red.) had hem moeten steunen. Dat gebeurde niet, iedereen liet hem vallen. In die sfeer zat ik als woordvoerder financiën van de CDA-fractie doodongelukkig te wezen. Ik dacht: wat doe ik hier eigenlijk nog? En omdat mijn vorige werkgever, Shell, voor de tweede keer belde of ik terug wilde komen, heb ik de Kamer verlaten.’’

Cirkel is rond

,,Het is grappig, het hele Kabinet kan vallen, dan is de Tweede Kamer ook weg, maar wij zitten er gewoon voor de volle vier jaar. En met de twee zetels van 50Plus kunnen we net het verschil maken, want de huidige coalitie heeft er geen meerderheid meer. Dus zitten ze allemaal te loeren wat Jan Nagel en ik gaan doen. De media mogen ons, ’ouderen’ dan niet interessant vinden, wij hebben misschien wel een sleutel in handen. Dus ja, ik denk dat de cirkel wel een beetje rond is. Maar ik moet nu wel zorgen dat ik niet meer zo gedreven ben als destijds in de politiek. Dat hoort niet meer bij mijn leeftijd – maar die gedrevenheid is bepaald nog niet weg!’’

Meer nieuws uit Leiden

Net Binnen

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.