Op de begane grond is het nog een puinhoop, maar de eerste verdieping van de voormalige Prins Mauritsschool ziet eruit als een plek waar over een paar dagen les kan worden gegeven. Bureaus staan in groepjes bij elkaar, een schoolbord aan de muur, potloden en lijmpotten worden in bakken gesorteerd en lesboeken in de kast gezet. De nieuwe docenten hebben het er hartstikke druk mee.

In de zogeheten internationale schakelklassen gaan vluchtelingenkinderen de Nederlandse taal leren. Zodra ze op het juiste niveau zitten, stromen ze door naar een reguliere school. De leerlingen komen uit heel de Duin- en Bollenstreek, maar een grote groep woont in het asielzoekerscentrum in Katwijk.

Keihard gewerkt

„Toen ik het gebouw voor het eerst zag dacht ik wel: wat moeten we hier van maken?”, zegt lerares Bianca Guijt die voor elke leerling een werkboek aan het samenstellen is. „Maar er is keihard gewerkt. Je ziet het gebouw dagelijks veranderen.”

Dat kan teamleider Marian de Jong beamen. „Het wordt hartstikke mooi”, vindt ze. „De leslokalen die nu nog niet klaar zijn, leveren we op een later moment een voor een op. Het belangrijkste is dat we kunnen starten. De meeste kinderen zitten al een jaar thuis, zonder onderwijs.”

Kennismaking

De Jong heeft met Fatna Abbadi, conciërge en tolk op de school, de kennismakingsgesprekken gevoerd. „We hebben elk kind gesproken om erachter te komen waarom ze in Nederland zijn, of ze al onderwijs hebben gevolgd en hoe de gezinssituatie is.” Volgens de teamleider kan het niveau behoorlijk verschillen. „Sommigen hebben nog nooit onderwijs gehad of wonen pas net in Nederland, anderen spreken al goed Engels. Er zitten een paar heel slimme kinderen bij.”

Het meubilair heeft ze van andere scholen gekregen. „Zo draagt iedereen zijn steentje bij”, vervolgt De Jong. „We hebben nog wel een tekort aan tafeltjes, stoelen en krukken.” Voor de vloerbedekking komt zeil in de plaats. In de ruimten waar de kinderen mogen komen is dat blauw. De docentenkamers worden geel. „De kleuren hebben een link met het Katwijkse strand en de zee.”

Enthousiast

Corriene Haasnoot, een van de docenten, geeft ook les aan de buitenlandse ouders van leerlingen van openbare basisschool De Krulder in Katwijk. Het is voor haar dus niet nieuw om anderstaligen Nederlands te leren. „We hebben gehoord dat de kinderen enorm enthousiast zijn en niet kunnen wachten. Ze hebben er zin in en dat is voor ons heel fijn.”

Wel is het nog even aanpoten om al het lesmateriaal op tijd samen te stellen. „We moeten methodes voor groep 3 aanpassen voor kinderen van zestien jaar. Dat is best moeilijk, want hoe zorg je ervoor dat het ook voor hun interessant is?”

Fietsen

Dinsdag, de eerste schooldag, begint met kennismakingsspelletjes en een uitleg van de roosters en de schoolregels. De school start met vier klassen en de kinderen zijn ingedeeld op onderwijsniveau en woonplaats. „Het is fijn als ze met elkaar naar school kunnen fietsen”, legt De Jong uit. Ze krijgen naast Nederlands vakken die jongeren op het voortgezet onderwijs ook krijgen, zoals wiskunde en maatschappijleer.

Omdat het docententeam nog niet op volle sterkte is, krijgen de leerlingen tot de zomervakantie dagdelen les. De Jong wil dat het team voor het nieuwe schooljaar compleet is. Ze schat in dat er over een jaar zo’n honderd leerlingen op de school les krijgen.