Wilfred van Leeuwen: ’Of dit een droomleven is? Ja’
Wilfred van Leeuwen: ,,Het is makkelijk van de troon naar de kelder te gaan. Maar dan wel met mijn eigen visie graag.’’© Foto Orange Pictures/Jeroen Meuwsen
Of het een droomleven is? Er klinkt een volmondig ’ja’ uit de mond van Wilfred van Leeuwen. Zijn eerste baan als hoofdtrainer in het betaald voetbal slurpt misschien energie, de voormalig trainer van VVSB laaft zich met volle overgave aan het bestaan. ,,Als klein jongetje was ik 24/7 aan het voetballen, nu word ik ervoor betaald. Ik ben een bevoorrecht mens’’, aldus de 44-jarige geboren Sassenheimer. ,,Ik hoop dat ik dit mijn hele leven kan blijven doen.’’
Het Van der Valkhotel Eindhoven, op steenworp afstand van het Jan Louwers Stadion, is een prima gelegenheid voor het gesprek. Hier sliep Van Leeuwen regelmatig in de eerste weken van zijn aanstelling. Gewoon op de wedstrijddag, want de vrijdagen worden tegenwoordig lang en de tijd moet toch gedood worden. Pas om acht uur ’s avonds is de seizoensouverture tegen Telstar. Van Leeuwen spoelt een uitsmijter van drie eitjes weg met spa rood. Vanaf de eerste dag heeft hij het gevoel op zijn plek te zitten. Niks geen kat in een vreemd pakhuis, voorlopig heeft hij in Eindhoven alles wat zijn hartje begeert. Blauw-wit mag dan een club in de marge zijn, vorig seizoen eindigde FC Eindhoven als elfde in de eerste divisie, hij kan er zijn ideeën kwijt. ,,Deze functie past mij goed. De club ook.’’ Dat FC Eindhoven relatief klein is, met weinig mensen op kantoor, maakt het warm. ,,Het is gemoedelijk, vriendelijk, maar tegelijkertijd professioneel met een goede technische en medische staf.’’
De vraag is niet of hij ooit als trainer tot de rangen der profs zou doordringen, eerder wanneer. Toen de gelegenheid zich aandeed, rees er ook twijfel. Hij moest na het eerste gesprek binnen 24 uur beslissen. ,,Gevoel en verstand maakten kortsluiting’’, grijnst Van Leeuwen. ,,Mijn verstand zei ’ja’, mijn gevoel zei ’nee’. Dat klinkt misschien gek, maar ik heb geen honderd wedstrijden in het betaald voetbal achter mijn naam staan. De kans dat iets dergelijks nog een keer voorbij zou komen, was klein. Vandaar ’ja’. Maar deze baan aanvaarden, zou ook m’n hele leven op z’n kop gooien. Ik moest VVSB achterlaten. Dat doe je niet zomaar zonder slag of stoot. Daarnaast was ik met mijn vriendin bezig een strandtent over te nemen. Mijn toekomst zag er al goed uit. Dat doet ze nu in haar eentje. ’Doen’, zei ze. ’We lossen het hier wel op’.’’
Niek Oosterlee
Een collega hielp hem met het definitieve zetje. Niek Oosterlee, die na een lang dienstverband bij Rijnsburgse Boys een jaartje noodgedwongen van een ’sabbatical’ genoot, belde hem kort voor de deadline terug. Van Leeuwen: ,,Hij had een paar vragen voor me, waarmee hij me dwong na te denken. Toen hij mijn antwoorden hoorde, zei ook hij: ’Doen’. Hij heeft mij de antwoorden aangereikt. Die menselijke kant aan hem bewonder ik.’’
Van Leeuwen heeft een pied-à-terre in het centrum van Eindhoven en rijdt woensdag- en zaterdagmiddag na de training terug. ,,Elke dag heen weer gaat niet. Ik ben om kwart over acht op de club en dan zou ik om zes uur ’s ochtends weg moeten rijden. Dat is gekkenwerk. Je moet wel scherp zijn elke dag. Ik maak lange dagen, we werken keihard hier. Het zijn niet zomaar uren. Het moet allemaal nuttig zijn. Natuurlijk heb ik in het begin langere dagen gemaakt, maar op een gegeven moment ook alles tegen het licht gehouden. In de voetbalwereld gebeurt veel, ’omdat dat zo hoort’. Dat is onzin.’’
Hij weet dat de club met het binnenhalen van een relatieve buitenstaander een gok neemt. Van Leeuwen mag dan ervaring hebben opgedaan in het profvoetbal bij Sparta (assistent van Frank Rijkaard) en ADO Den Haag, bij die clubs was hij toch meer beleidsmaker met de nadruk op de jeugd. Als trainer deed hij ’slechts’ ervaring op bij Westlandia, Quick Boys, Jong ADO Den Haag en VVSB. ,,Nogmaals: ik heb geen honderd wedstrijden betaald voetbal achter mijn naam, maar desondanks heb ik toch al heel veel gepresteerd. Ze hebben hier even de kat uit de boom gekeken, maar daarna gingen de armen wijd open voor mijn gevoel. Ik hoorde van alle kanten dat ik perfect in het plaatje paste.’’
Tscheu La Ling, ooit afgeserveerd als algemeen directeur van Ajax hoewel hij destijds eerste keuze van Johan Cruijff was en nu technisch adviseur in Eindhoven, had zijn oog op Van Leeuwen laten vallen. ,,In het gesprek met hem, waarin ik nauwelijks aan het woord kwam, ontvouwde hij mijn visie op voetbal. Ik dacht even: of jij hebt dat ergens gelezen of toeval bestaat niet.’’
Karma
Van Leeuwen omschrijft het als karma. ,,Zo heet dat toch? Ik geloof erin dat dingen op je pad komen als je er klaar voor bent. Drie jaar geleden kon ik hoofd opleiding worden bij AZ, maar was het gevoel niet goed. Dit wel.’’
Hij heeft een eenjarig contract, maar praat al over hoe het volgend seizoen zou moeten. De voorbereiding was in zijn optiek ongelukkig. ,,Ze hebben hier na het seizoen nog drie weken door getraind, terwijl ik iedereen gewoon na de laatste wedstrijd op vakantie had gestuurd. Ik weet dat in de voetballerij weinig zeker is, en natuurlijk denk ik ook verder. Er zijn grotere clubs, er zijn grotere stadions, maar dit is de uitdaging nu. Ze hebben hier een klotejaar gehad dus het is geen slecht moment om in te stappen, maar ik ben niet een jongen die na een jaar toedeledokie zegt. Alleen bij Quick Boys heb ik maar een seizoen gezeten, maar dat kwam doordat ik fulltime bij ADO aan de slag kon. Ik heb overal aan de organisatie kunnen werken. Ik ben nergens in een gespreid bedje terecht gekomen. Hoeft ook niet. Het is beter de boel een beetje op te schudden.’’
Saamhorigheid
De basis onder de hele samenwerking is saamhorigheid, denkt Van Leeuwen. Toen hij begreep dat bij FC Eindhoven geen seizoensopening was, organiseerde hij die zelf. Spelers, spelersvrouwen en al het kantoorpersoneel kwam samen. ,,Een man of tachtig, die allemaal de club vooruit willen helpen. Er waren nog een paar nieuwe spelers die een liedje moesten zingen, omdat dat op trainingskamp niet gebeurd was. Dat waren ze allemaal niet gewend hier, maar het gaat om saamhorigheid. Ik ben geen trainer die alles in eigen hand wil houden. Dan gaat het mis. Mijn ervaring is dat mensen prettiger werken als je zo met elkaar om gaat. Ik durf ook dingen te vragen aan mijn assistenten. Dat doe ik elke dag. Het maakt me niet kwetsbaarder of zo. Het gaat erom dat je dicht bij jezelf blijft. Je moet niet ergens trainer willen zijn vanwege een bepaalde status. Ik neem geen rol aan, ik ben mezelf.’’
Met VVSB bereikte hij de halve finale van de KNVB beker. Het bracht hem zijn fifteen minutes of fame. De spotlights voor de sympathieke reuzendoder worden ingeruild voor een vergrootglas. Hij denkt niet dat het zijn werkwijze zal veranderen. Vrijdagavond werd tegen Telstar gelijkgespeeld (2-2), maar bij een nederlaag had Van Leeuwen niet gepanikeerd noch had hij bij een zege met zijn hoofd in de wolken gelopen. ,,Vertel jij mij maar wat succes is. Is dat promotie naar de eredivisie? Is dat na dit seizoen drie spelers verkopen voor een miljoen? Of is dat de play-offs halen? Ik pleit voor passievol en aantrekkelijk voetbal. Die ranglijst komt vanzelf wel. Iedereen werkt hard, iedereen doet z’n best, iedereen wil winnen. Het kan best zo zijn dat er straks aan mijn stoelpoten gezaagd wordt als de resultaten uitblijven. In het voetbal is het makkelijk van de troon naar de kelder te gaan. Maar dan wel met mijn eigen visie graag. Als je normaal doet en je visie uitdraagt, kun je niet falen. Zo zie ik het.’’