Analyse Quick Boys - Katwijk: doorselecteren of doodselecteren?
De opstellingen van Quick Boys en Katwijk uit de voorlaatste derby, in het voorjaar van 2010, bieden genoeg stof om een heel seizoen rubrieken als ’Vergeten voetballers’, ’Kent u deze nog?’ en ’Hoe is het met?’ mee te vullen.
Leg ze naast de namenlijsten van afgelopen zaterdag, het veelbesproken weerzien op Nieuw Zuid, en het wordt duidelijk dat voetballers in Katwijk bijna net zo’n korte houdbaarheidsdatum hebben als de verpakte vis van de hoofdsponsor.
De naam op de voorkant van het shirt is niet de enige overeenkomst tussen de rivaliserende hoofdklassers. Door een combinatie van tomeloze ambities en kapitaalkrachtigheid zijn goede voetballers bij beide clubs niet aan te slepen. Elke positie is op z’n minst dubbel bezet. Topklassewaardige spelers komen lang niet altijd aan een invalbeurt toe.
De structuur van de clubs is onvergelijkbaar. Katwijk is een speeltje van hoofdsponsor Diek Parlevliet geworden en is volledig afhankelijk van de suiker8oom. Quick Boys heeft een stabielere basis, alleen al dankzij de emotionele betrokkenheid van talrijke bedrijven. De businessclub is niet voor niets de grootste en mooiste ruimte op Nieuw Zuid.
Aan de mogelijkheden ligt het niet, waarom lopen de prestaties dan toch zo uiteen? Leek de dominantie van Katwijk met de degradatie naar de hoofdklasse voorbij, vooralsnog is het schijngelijkwaardigheid. De derbywinst op Nieuw Zuid (1-2), waardoor de voorsprong op Quick Boys nu al negen punten bedraagt, is een serieuze indicatie dat de oude verhoudingen snel weer worden hersteld door koploper Katwijk.
Door te constateren dat de aartsrivaal ’misschien net iets verder is’, raakte Quick Boys-trainer Ted Verdonkschot de kern. Met Atam Koroglu, Michiel van Dam, Robbert Susan, Donny van Oijen en Jeffrey Jongeneelen bracht Katwijk zaterdag vijf dragende krachten binnen de lijnen die al minstens drie seizoenen het oranje shirt dragen. Zij kennen de clubcultuur, hebben hoogte- en dieptepunten meegemaakt.
Zo’n geraamte ontbreekt bij Quick Boys. Dat doet zich voelen op cruciale momenten, ervaart Verdonkschot nu. Van de spelers die tegen Katwijk in de basis begonnen, stonden alleen Martijn de Zwart en Jaap van Duijn vóór 2013 al onder contract. Overigens niet onafgebroken, want beide Katwijkers maakten een uitstapje naar het profvoetbal.
Toen met het aantreden van Verdonkschot vorig jaar de zoveelste nieuwe start werd gemaakt op Nieuw Zuid, benadrukte voorzitter Henk-Jan van Maanen niet voor niets dat nu eerst het fundament moest worden gelegd. ,,Als het weer een beetje meezit, komen we vanzelf bij het hoogste punt’’, stelde hij.
Dat zou dit seizoen moeten gebeuren. Mede door de sterke concurrentie lijkt het er nog niet van te komen. Die pijnlijke vertraging mag niet de aanleiding zijn om van doorselecteren weer doodselecteren te maken. Dat zou kapitaalvernietiging van jewelste zijn. Alleen het geduld en gerichte aankoopbeleid waarmee Katwijk naar de landstitel toewerkte, kan Quick Boys er bovenop helpen.
Maak dat de hunkerende achterban maar eens duidelijk, te midden van al die sarrende dorpsgenoten.