Klinkenberg, 19, turnde zaterdag in Ahoy zijn eerste volledige meerkamp in meer dan een jaar. Na het EK voor junioren vorig jaar raakte hij geblesseerd. En vorige week ging het bijna weer mis.

In een training overstrekte de Leidenaar zijn knie. ,,Gelukkig is er niets kapot. Maar het is wel vervelend dat het op zo’n moment gebeurt. Ik ben blij dat ik mijn meerkamp in elk geval heb kunnen volbrengen.’’

‘Zo’n moment’ is in het geval van Klinkenberg een week voor zijn belangrijkste weekend van het jaar. Zijn hele seizoen was afgestemd op het NK in Rotterdam. Daar wilde Klinkenberg laten zien dat hij de aansluiting met de nationale top kan gaan maken.

De kwalificatie voor het EK eerder dit jaar sloeg hij bewust over. En ook de kwalificatie voor het WK in oktober laat Klinkenberg op voorhand al aan zich voorbijgaan. ,,De eisen om naar Montreal te mogen, zijn heel hoog. Dat is op dit moment gewoon nog niet realistisch.’’

Daarom gaat Klinkenberg de rest van het jaar vooral hard trainen. Om komend jaar wel in aanmerking te komen voor deelname aan internationale toernooien, moet de moeilijkheidsgraad van de Leidenaar omhoog. Op vloer en sprong is hij aardig op weg, op de andere toestellen moet hij nog flinke stappen maken.

Hij wilde graag in Ahoy laten zien waar hij momenteel staat. Dat zat er niet helemaal in, door die knie. ,,Op vloer en sprong heb ik makkelijkere oefeningen gedaan. Jammer, want die kan ik al een paar jaar’’, vertelde Klinkenberg.

Ongelukkig

Hij baalde van zijn blessure op zo’n ongelukkig moment. Tegelijkertijd weet hij als geen ander dat pijntjes en blessures bij het vak van topturner horen. ,,Iedereen heeft wat’’, benadrukt hij. ,,Er hoeft maar iets fout te gaan of je scheurt of verrekt wat. Het gaat er ook om hoe je daar mee omgaat. Ik wilde hier heel graag staan, ondanks de pijn, en dat is gelukt.’’

Het brons was een mooie opsteker voor Klinkenberg. ,,Ik ben er erg blij mee. Ik moet hier staan als jonkie. Die ouderen hoeven niets te bewijzen. Ik wel. Ik moet zorgen dat ik bij hen in de buurt ga komen.’’

Een van die ‘ouderen’ is Klinkenbergs teamgenoot bij de club O&O in Zwijndrecht Bart Deurloo. Die werd zaterdag voor de vierde keer Nederlands kampioen op de meerkamp. Hij bleef zijn jongere teammaat bijna negen punten voor (84.250 om 73.550).

Klinkenberg heeft wederom met veel respect naar zijn voorbeeld gekeken. ,,Bart is veruit de beste van Nederland. Ik mag iedere dag met hem trainen. Daar leer ik heel veel van. Hij helpt me. Ook nu weer in de wedstrijd. Hij houdt zijn hoofd cool, kan op de een of andere manier resetten als een toestel niet goed gaat. Daar helpt hij mij ook bij. Hij praat wat, zegt ‘kom op’. Dat is fijn. Hij was ook echt blij voor me op het podium. Dat vind ik mooi.’’