’Vol overtuiging: ik durf naar Leiden’
De Amsterdamse hotelier en horeca-ondernemer Arjen van den Hof is de man die in Leiden hotel De Meelfabriek gaat runnen.
Hij is bekend van Vondel Hotels, een hoofdstedelijke ’collectie’ van bijzondere 4-sterren hotels, appartementen en restaurants. ’Paradepaardje’ is Hotel de Hallen, in de grootste hal van de monumentale vroegere tramremise om de hoek bij de Kinkerstraat.
Dit hotel - 55 kamers, een lobby vol kunstvoorwerpen, een bar, een ruim terras en restaurant Remise47 - maakt zelfstandig deel uit van De Hallen Amsterdam, waar allerlei bedrijvigheid te vinden is: van een indoor foodmarket tot een bijzondere fietsenwinkel tot een bibliotheek.
Vervallen
,,De tramremise heeft zo’n zestien jaar leeg gestaan en was behoorlijk vervallen’’, zegt Van den Hof. Hij zette in 2007 de handtekening om hier een nieuw hotel te beginnen, hij dacht in 2009 de deuren te kunnen openen, maar dat werd uiteindelijk 2014. ,,Als je een oud gebouw gaat herontwikkelen, gaat het soms langer duren dan je eerst dacht’’, zegt hij. ,,Iedereen verklaarde me voor gek. Amsterdam West, de Kinkerstraat en omgeving: dat kon nooit een succes zijn.’’
Helemaal mis, Hotel de Hallen staat inmiddels hoog in Tripadvisors top-25 van beste hotels in Nederland. De bezettingsgraad is bijna 100 procent. En De Hallen Amsterdam is in anderhalf, twee jaar tijd uitgegroeid tot ’place to be’.
Leiden is voor Van den Hof de eerste stad na Amsterdam waar hij wil gaan uitbreiden. Hoewel de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat hij net ook zijn handtekening heeft gezet onder het plan om in een oude bonbonfabriek in Alkmaar het ’Ringershotel’ te openen. ,,Ik zei eerder dat hotel De Meelfabriek mijn vijfde hotel zou worden, maar nou wordt het misschien mijn zevende hotel. We zijn ook bezig met een nieuw hotel aan de Geldersekade, hier in Amsterdam.’’
Hoe dan ook: De Meelfabriek is een kolfje naar zijn hand. Waarom? ,,Dit is wat wij doen: oude gebouwen ombouwen tot hotels of restaurants’’, zegt de hotelman. ,,Ab van der Wiel, de eigenaar van de Meelfabriek, kwam naar mij toe om te praten. En toen ben ik eens gaan kijken in Leiden. Als je dat monumentale complex ziet, kun je alleen maar gelukkig worden. Wat ook meespeelt: ik moet de stad leuk vinden en wat er in zo’n stad aanwezig is. Ik zeg vol overtuiging: ik durf naar Leiden te gaan. Geen enkele twijfel. We zijn blij dat we ook heel vaak ’nee’ kunnen zeggen, maar in dit geval zeggen we volmondig ’ja’.’’
Silogebouwen
Voor Ab van der Wiel is het een logische keuze dat hij een deal sloot met de Amsterdamse hotelier met de bijzondere hotelpanden. In de silogebouwen van de Meelfabriek passen geen standaard hotelkamers. De afgelopen jaren klopten er regelmatig grote hotelketens bij hem aan om te informeren naar zijn hotelplannen met het grootste industriële monument van Leiden. ,,Maar die hebben een rotsvast concept: zo moet de hotelkamer er uit zien. En daar mag niet vanaf worden geweken. Dat past hier niet.’’
Rond de tachtig kamers moet hotel De Meelfabriek straks tellen, als het aan Van den Hof ligt. ,,Plus twintig hotelappartementen, waar je bij wijze van spreken een week zou kunnen wonen, maar ook een jaar’’, zegt hij. Hij verheugt zich op het project. Hotel De Meelfabriek blijft straks ook gewoon de Meelfabriek. Net als dat Hotel De Hallen ook gewoon een tramremise blijft, waar de tramrails binnen gewoon doorlopen. ,,Zo’n verhaal is gewoon zó leuk om te blijven vertellen.’’