Bovenop de maand gevangenisstraf die ze in voorarrest doorbrachten, kregen beiden Leidenaars tachtig uur werkstraf en een maand voorwaardelijke celstraf. De veroordeelden moeten bovendien verplichte behandelingen ondergaan.

Tegen middernacht hielp het slachtoffer samen met een vriend een meisje buiten voor de deur van bar-dancing De Kroon. Ze was onwel was geworden door de drank. Maar de hulpvaardige jongens werden lastig gevallen door de 20-jarige Leidenaar, die even later werd bijgestaan door zijn 18-jarige boezemvriend. Dat liep uit op een vechtpartij.

De rechtbank acht de twee schuldig aan zware mishandeling. Het slachtoffer brak zijn kaak. Ook had hij een hersenschudding, een blauw gezwollen oog, tanden door z’n lip, schaafwonden en ook verder zag hij bont en blauw over de rest van z’n lichaam. Hij moest worden geopereerd, kon wekenlang geen normaal voedsel eten, niet goed praten en niet werken.

„Dit soort zinloos geweld heeft grote lichamelijke en psychische gevolgen voor een slachtoffer”, aldus de rechtbank. Het beroep op noodweer dat de verdachten tijdens de behandeling van de strafzaak twee weken geleden hadden gedaan, werd afgewezen door de rechtbank.

Het openbaar ministerie had een hogere werkstraf geëist tegen beiden: 240 uur.

De rechtbank legde een lagere straf op, onder meer vanwege de jeugdige leeftijd van de daders. Die moeten het slachtoffer ook 4100 euro schadevergoeding en smartengeld betalen.