Atlete Andrea Bouma: Van rups naar vlinder in een dag
Van nobody tot iemand over wie met ontzag gesproken wordt in een tijdsbestek van twee dagen. Het Nederlands kampioenschap atletiek van 2016 veranderde alles voor Andrea Bouma. De 17-jarige atlete van De Spartaan is ineens een (sprint)belofte. ,,Ik ben een klein beetje verbaasd’’, zegt ze aan de vooravond van de Ter Specke Bokaal op haar thuisbaan bescheiden. ,,Het ging snel allemaal. 2016 was een jaar waarin veel gebeurde.’’
Het begon al met de NK indoor, waar ze in de finale vooral zichzelf verraste door de concurrentie voor te blijven. Terwijl ze zich nog concentreerde op het NK outdoor voor junioren, brak ze bij het ’grote’ NK in het Olympisch Stadion in Amsterdam door. Ze bereikte de finale. ,,Natuurlijk is het een serieuze wedstrijd, maar ik liep ’m als training. In de series liep ik een flink stuk van mijn persoonlijk record af. Mijn trainer merkte toen op dat ik weinig van de limiet voor het jeugd-WK af zat.’’
Tessa van Schagen
In de finale waren alle ogen gericht op Tessa van Schagen. De Leidse won bij afwezigheid van Dafne Schippers de titel en plaatste zich voor de Olympische Spelen. Bouma snelde in haar kielzog naar de WK-limiet voor junioren. Bouma: ,,Het was iets wat hoogstens in mijn achterhoofd ergens zat. Iets wat ik misschien graag wilde, maar me zomaar overkwam. Waar je normaal kleine stapjes doet, was dit een heel grote. Ik liep anderhalve seconde van mijn persoonlijk record af.’’
Ze bevestigde haar vorm en nieuwe status een week later door zowel op de 100 als 200 meter Nederlands juniorenkampioen te worden. En passant won ze de titel met het estafetteteam van De Spartaan op de 4x400 meter. Met die prestaties loste ze een belofte in die haar trainer Anthony Ott twee jaar eerder maakte. ,,Hij zei op mijn vijftiende: Andrea, als je zo doorgaat kan ik je Nederlands kampioen maken. Maar dan verwacht ik wel honderd procent inzet van je. Oftewel: geen training missen, geen extra training overslaan en alle regiotrainingen volgen.’’
Haar leven ziet er een stuk anders uit dan een jaar geleden. Op school moet de leerlinge 5 vwo op het Leeuwenberg in Noordwijkerhout ineens vrij vragen voor trainingsstages, zoals onlangs in Portugal. ,,Vroeger stond school voorop en daarna kwam atletiek. Nu is dat omgekeerd. Gelukkig werkt school goed mee. Het is toch niet zo heel makkelijk te combineren, maar ik vind atletiek zo leuk, dat ik me ook kan motiveren voor school. Ik ga ervan uit dat ik volgend jaar mijn diploma haal. Wat ik daarna ga doen valt nog te bezien. In Portugal heb ik gelukkig veel met anderen kunnen praten. Ik was de jongste dus kon veel van de ervaringen van de andere atleten leren.’’
Sinds het NK worden ook de zomervakanties van het gezin Bouma aangepast. Door het WK moest de koers ineens verlegd worden naar Polen, waar ze de halve finale bereikte. Komende zomer zijn de pijlen gericht op het EK in Italië. Hoewel ze vorige week tijdens de competitie ruim drietiende van een seconde de limiet liep, werd de poging niet erkend omdat er geen windmeting was. Niettemin gaf de tijd aan dat ze de winter goed door is gekomen. ,,Door een knieblessure heb ik een deel overgeslagen, waaronder het NK indoor. Ik ben gewoon wezen kijken om anderen aan te moedigen en had het tijdens de 200 meter best lastig, maar het was verstandig om goed naar mijn lichaam te luisteren. Ik zou de blessure alleen maar verergerd hebben en de ficus ligt op het buitenseizoen.’’
Ter Specke Bokaal
Vorig jaar mocht Bouma als onbekend rupsje proeven aan het grote werk bij de Ter Specke Bokaal en kreeg ze al handtekeningenjagers achter zich aan. Zaterdag straalt ze als vlinder. De metamorfose is compleet ,,Vroeger hielp ik als mandjesmeisje of als koerier die de uitslagen rond bracht. Nu heb ik een startnummer met mijn naam erop.’’
Ze start op de 150 meter, 300 meter en de 4x100 meter met het Nederlands juniorenteam. De ogen van de kenners zullen vooral gericht zijn op de 300 meter. Het is immers allerminst zeker of Bouma sprintster blijft. ,,De 60 meter is te kort en de 100 eigenlijk ook. Misschien verleg ik de aandacht in de toekomst wel naar de 400 meter.’’