Hans van Riet, het luisterend oor van Het Broekenhuis, neemt afscheid van de Haarlemmerstraat

Hans van Riet in zijn Broekenhuis op de Haarlemmerstraat. Ik heb de hoogtijdagen van de Haarlemmerstraat meegemaakt. Rijen voor de pashokjes. Altijd druk.© Foto Hielco Kuipers

Gertjan van Geen
Leiden

Vijftig jaar ervaring in de herenmode vertrekt van de Haarlemmerstraat. Hans van Riet trekt volgende week zaterdag de deur van Het Broekenhuis definitief achter zich dicht en dat gaat met de nodige emoties gepaard. ,,Ik ga de klanten missen. Ze zijn eigenlijk niet eens klanten meer; ze zijn me eigen geworden’’, zegt Van Riet.

De ene na de andere (vaste) klant loopt deze donderdagmiddag binnen. Het zijn er zo veel dat het door echtgenote Yvonne meegebrachte broodje kroket koud wordt. Geen tijd voor. Eentje komt er voor bretels. Het laatste paar gaat om niet van de hand. Van Riet koestert zijn regulars, al heeft hij zo zijn grenzen gesteld in het verleden. ,,Ze zijn me lief, maar ik ging bijvoorbeeld niet naar verjaardagen. En ook bezorgen aan huis deed ik niet. Anders ben je altijd aan het werk. Maar ik kwam ze op de gekste plaatsen tegen en altijd begonnen ze over de zaak. In Ponypark Slagharen, als ik ergens zat te eten met mijn vrouw, in de sauna. Stond ik in m’n blootje en vroegen ze of ik die en die broek nog had.’’

Diploma

Vers van de mulo meldde hij zich voor een zaterdagbaantje bij de Broekenspecialist, schuin tegenover de zaak die hij nu aan het leegverkopen is. In de avonduren haalde hij zijn diploma detailhandel, wat toen nog verplicht was voor medewerkers. Een papiertje dat hij voor iets anders wilde gebruiken. ,,Ik wilde eerst een bloemenzaak. Bloemen en kleding liggen dichter bij elkaar dan je denkt. Het gaat om kleuren die bij elkaar passen. Een boeket maak je op, een klant ook. Die moet aangekleed weg. Bloemen en planten zijn nog steeds mijn hobby. Ik heb een volkstuin aan de Vlietweg en een grote tuin achter mijn huis.’’

Voordat hij zijn eigen zaak opende, werkte hij veertig jaar bij de Broekenspecialist, waar volkszanger Leidse Kees de etalage inrichtte en Henny Wiggers het vak leerde voor hij Henny’s rits opende. Van Riet ging er met een mooie vertrekregeling weg en dacht zijn dagen in de tuin te slijten. Omdat het bloed kroop waar het niet gaan kon, opende hij Het Broekenhuis. De gedachten gaan automatisch terug naar de plek waar hij het vak leerde. ,,De moeder van de eigenaar, mevrouw Aschenbrand, was stoepiere; zij praatte de ene na de andere klant naar binnen. Ik heb de hoogtijdagen van de Haarlemmerstraat meegemaakt. Rijen voor de pashokjes. Altijd druk. Er was nog geen Leidschenhage, nog geen Winkelhof. En nu? Mijn zaak loopt nog steeds goed, maar er is veel leegstand. Dat komt door internet én het parkeerbeleid in Leiden. In plaats van de eerste twee uur gratis, betaal je de hoofdprijs in de nieuwe parkeergarage. Maar mijn doelgroep gaat geen tientje betalen, nog voordat ze bij me zijn.’’

De reguliere detailhandel verliest de strijd van de webwinkels. En toch: wat Van Riet aanbiedt, kan internet niet. Een goed advies en een luisterend oor. ,,Als er iemand is overleden, komen ze naar mij toe. En ja, oudere mensen vragen een advies als ze iets kopen. Ze willen een verhaal bij het product dat je verkoopt. Dat gaan ze missen. En ik ook.’’

Meer nieuws uit Leiden

Net Binnen

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.