Bewegend Verleden: De grote brand in het stadhuis van Leiden, 1929 [video]
© Erfgoed Leiden
Leidsch Dagblad en Erfgoed Leiden presenteren iedere maand een bijzonder historisch filmpje. Deze maand: de grote brand die het stadhuis van Leiden in 1929 verwoestte.
Meterslange ijspegels hingen aan de gevels. Brandweermannen overdekt met bevroren bluswater. De laarzen van de brandweermannen vroren vast aan de grond. Het water in de brandslangen stolde.
Het was een bizar beeld, 12 februari 1929. Een enorme brand had het stadhuis in Leiden verwoest. Het blussen bij zeker 15 graden Celsius onder nul zorgde voor een bijzonder tafereel: het pand was overdekt met ijs.
Agent Pierik ontdekte op de vroege ochtend de brand. Hij probeerde met gevaar voor eigen leven het vuur te blussen, maar de brand breidde zich razendsnel uit. Toegesnelde brandweerkorpsen uit Leiden en regio konden weinig uitrichten. De oorzaak zijn vermoedelijk de kolenkachels die ’s nachts bleven branden vanwege de bittere koude.
Brandweermannen met ijspegels aan de snorren blussen het stadhuis.© Archief
Erfgoed Leiden beschikt over een bioscoopjournaal van de brand. We zien onder meer de brandweermannen de voorgevel aan de Breestraat blussen, het ontdooien van brandslangen met branders, de drommen toeschouwers en een bezoek van koningin Wilhelmina en de prins.
Bij het ochtendlicht was van het stadhuis uit 1597 vrijwel niets meer over. Kostbare documenten en schilderijen werden onherstelbaar beschadigd. Het bevolkingsarchief ging verloren.
Aan de achterkant van het stadhuis werd ook een rij huizen de prooi van de vlammen. Daar, aan de Vismarkt, zien we in de video een ladderwagen met ijspegels en de bekende winkel De Faam (zo zag de Vismarkt er vroeger uit).
Stadhuis voor de brand.© Erfgoed Leiden
’Een ramp voor Leiden en voor geheel ons land’, schrijft het Leidsch Dagblad van 12 februari 1929. De krant besteedt er ook een fotopagina aan.
Leidsch Dagblad haalde in 2012 nog een kleinzoon aan van een van de brandweermannen:
,,Mijn opa heeft in 1929 bij de brand in de barre kou gestaan om het stadhuis te behouden. Hij was stoker op de brandspuit. Toen hij 's morgens gewekt werd, zag hij de rode gloed boven de stad. Toen moest hij nog naar z'n brandspuit om de boel op te stoken. Er gingen zodoende veel uren verloren, maar hij is toch 24 uur in de barre kou aan het werk geweest.”
(Eerdere afleveringen van Bewegend Verleden vind je hier)