Premium

Nic Brussee: ’De Duitse soldaat richtte op mij en haalde de trekker over. Juist op dat moment sloeg de andere soldaat de loop omhoog’ [video]

Nic Brussee (82) uit Haarlem, woonde tijdens de oorlog in Heemstede.© Peter Schat

Peter Schat
Heemstede

Nic Brussee is 82 jaar. Geboren op 2 oktober 1937 heeft hij aan de beginjaren van de oorlog geen herinneringen. Wel aan de laatste oorlogswinter.

Hij heeft als handelsagent in de houtindustrie in zijn latere leven gewerkt met en voor Duitsers. Van de oorlogservaringen merkte hij ’niets terug’.

Nog altijd verbaast het hem dat het volk dat zo’n hoge cultuur met toonaangevende musici, schrijvers, dichters, filosofen en andere wetenschappers voortbracht, in de oorlog zulke wreedheden kon begaan.

Zijn geboortejaar verschafte hem het voordeel, nog profijt te hebben gehad van goed voedsel toen hij klein was. ,,Ik kom uit een gezin met vier broers en vier zussen. Vergeleken met mijn zussen uit 1940, 1943 en 1946 ben ik kerngezond.’’

Lege bakken

In de oorlog woonde het gezin Brussee in Heemstede bij de Leidsevaart. ,,In 1944 raakte het eten op. Op de Dreef was een grote gaarkeuken van waaruit eten werd uitgedeeld.’’ Het beeld dat na het uitdelen de mensen de lege bakken uit stonden te lepelen bleef hem bij.

Voedseltochten naar de Haarlemmermeer herinnert hij zich ook. ,,Boeren ruilden voedsel voor goud en sieraden. Er waren er ook die het voor niks deden.’’

Naar een zo’n boer toog het gezin, tien personen tellend. De oudste broer van Nic was geboren in 1930 en ging omdat hij groot was voor zijn leeftijd mee verkleed als meisje.

Het ging bij Cruquius de brug over en vervolgens een eind lopen. Bij de boerderij verzamelde zich een grote groep, die werd toegesproken door de boer. Over God, de wereld en de voorzienigheid preekte hij.

,,De mensen hadden honger en geen trek in dit soort verhalen. Door het gedrang kwam de boer klem te zitten tussen het klaphek en de schuur en de menigte stroomde de schuur in, die wel tot anderhalve verdieping hoog gevuld was met zakken tarwe. Aan de andere kant van de schuur was een uitdeelpunt maar mensen staken hun zakmessen in de zakken en vingen de tarwe op met pannetjes. Ik was bang dat die hele stapel om zou kieperen, wat natuurlijk niet gebeurde.’’

Weegschaal

Op de terugweg moest de brug over de Ringvaart gemeden worden, daar stonden Duitsers en foute Nederlanders klaar het ingezamelde voedsel in te nemen. ,,We gingen naar ter hoogte van Bennebroek, waar een visser met een sloep ons tegen betaling overzette.’’

Een groentewagen gaf het gezin een slinger en Nic herinnert zich nog dat hij naast een weegschaal zat achterop de vrachtwagen.

Ook zal hij lichtflitsen van een van de vuurtorens van IJmuiden. ,,Dat vond ik wonderlijk. Zo ver weg en waarom dat licht aan terwijl er vaak werd gebombardeerd?’’

Dat laatste hoorde hij van zijn vader, die aannemer was en door de Duitsers ingeschakeld werd bij de bouw van de Atlantikwall. ,,Hij kwam thuis en zei: ’wat ik nu heb meegemaakt. De muur die ik gisteren gemetseld had was helemaal weggebombardeerd. Ik kon weer opnieuw beginnen.’’

Voor rijke Bloemendalers en Aerdenhouters metselde zijn vader kostbaarheden in. Na de oorlog moest hij van de belastingdienst die plekken aanwijzen.

Oorlogsgeld

Hij kreeg ook met de overheid te kampen, toen hij de huisjes die hij in de oorlog had gekocht langs de Ringvaart af moest staan, omdat ze met ’oorlogsgeld’ zouden zijn betaald.

,,Mijn vader teelde tabak en groente op een landje bij een villa in Vogelenzang dat hij pachtte. De tabaksbladeren hingen aan waslijnen in huis te drogen, want uit het schuurtje zou het worden gestolen. Ze werden gesausd en dat rook lekker. Ik heb met een apparaatje nogal wat van die bladeren moeten knippen. Daar kwam shag uit die mijn vader in papieren puntzakjes verkocht en waarvan de verdiensten als oorlogsgeld werden gezien.’’

Op een ochtend, de familie was naar de baptistengemeente in Haarlem, stond er een man voor de deur met een vat jam, die wilde ruilen voor tabak. ,,Ik ben daar niet op ingegaan en werd later door mijn vader geprezen. ’Die jam is allemaal troep, maar mijn tabak is echt!’ zei hij.’’

Het gezin maakte ook jam van al het fruit dat ze teelden. In de hongerwinter kwamen suikerbieten aan de beurt. ,,Mijn moeder had een pan met zo’n gesoldeerde bodem op de gaskachel staan. ’Hé, het wordt steeds minder’, zei ze terwijl ze in in inkokende massa roerde. Die bleek gaandeweg de kachel in te zijn gelopen.’’

Met kerst werd er konijn gegeten. De konijnen hingen in de deuropening van de schuur te besterven. ,,Als je tegen ze sloeg, gingen ze piesen.’’

Om de huizen te verwarmen en eten te koken was er een doorlopende jacht op hout. ,,De buurvrouw, een weduwe met kinderen, had de hele vloer opgestookt, ze zaten op de zandlaag.’’

Zijn vader had onder de vloer in de woning aan de Vijfherenstraat een verstopplek gemaakt, waar hij kon schuilen bij razzia’s. ,,Dan hield mijn moeder de soldaten aan de praat, met mijn vader onder de vloer. ’Zu Hause ist alles kaputt’, zat zo’n soldaat dan te janken.’’

Een angstaanjagend moment maakte Nic mee toen hij met een groepje kinderen twee soldaten uitlachte tijdens een razzia. De soldaten kregen bij elk huis te horen dat vader ’Essen holen war’ in het noorden van de provincie. Wat niet zo was, want de mannen zaten verstopt in de huizen.

,,Wij wisten dat, mijn vader is nooit naar het noorden gegaan, zo hoog was bij ons de nood niet. De soldaat met het geweer richtte op mij en haalde de trekker over. Juist op dat moment sloeg de ander de loop omhoog. Het was een enorme knal en ik heb de rest van de middag huilend bij een buurvrouw onder de tafel gezet. Die katholiek was en nota bene, wij kwamen daar nooit.’’

Beschadigde panden in de Kerklaan nadat op 15 november 1944 een door een vliegtuig verloren V1 tot onploffing was gebracht.© Beeldbank Noord-Hollands ArchiefBeeldbank Noord-Hollands Archief

De afstand jegens katholieken bleek ook wel uit een opmerking van de moeder van Nic, die baptist was. Toen er een V1 was neergekomen in de Kerklaan iets bij hen vandaan, zei zij dat die voor de katholieke kerk was bedoeld. De V1 was op 13 november 1944 uit een Duits vliegtuig gevallen en op de werf van Kerklaan 115 terecht gekomen.

Twee dagen later werd de vliegende bom tot ontploffing gebracht. Stro van de balen waar de V1 was ingepakt dwarrelde in de omgeving neer en nabijgelegen woningen en de Sint-Bavokerk raakten fors beschadigd.

Het kerkdak was ontzet en de glas-in-loodramen aan de zijde waar de ontploffing zich voordeed vernield. ,,Ik zag ook luchtgevechten. Dan dwarrelde er een vliegtuig naar beneden en dacht ik: ’Die gaat dood’.’’

De vliegtuigen die na de bevrijding laag overkwamen wierpen voedsel uit. ,,Pakketten aan parachutes of gewoon blikken. Die kwamen ook rondom ons huis terecht. Je moest ze eigenlijk inleveren maar wij maakten van die blikken en een paar planken vlotten, waarmee we voeren op de Blekersvaart.’’

Als kleine jongen heeft Nic eigenlijk alleen spannende herinneringen aan de oorlog, al leverde het moment dat de Duitse soldaat op hem schoot veel angst op. ,,Munitie die ik vond liet ik afgaan in betonnen paaltjes waarin gaten zaten voor de afrastering van ijzerdraad. De kogels vlogen door de steeg.’’

Lees hier alle verhalen over 75 jaar bevrijding

Beschadigde panden in de Kerklaan nadat op 15 november 1944 een door een vliegtuig verloren V1 tot onploffing was gebracht.© Beeldbank Noord-Hollands Archief

Beschadigde panden in de Kerklaan nadat op 15 november 1944 een door een vliegtuig verloren V1 tot onploffing was gebracht.© Beeldbank Noord-Hollands Archief

Meer nieuws uit Extra

Net Binnen

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.