Kamer vindt besluit over sluiting kinderhartcentra te slordig

ANP
DEN HAAG

De Tweede Kamer is geïrriteerd over de besluitvorming rond de concentratie van ziekenhuiszorg voor kinderen met aangeboren hartkwalen. Het besluit werd op het allerlaatste moment genomen door een demissionair kabinet terwijl daar geen goede onderbouwing voor was, merkten verschillende fracties op.

Voor een aanzienlijk deel van het parlement staat nog niet vast dat het aantal centra teruggebracht moet worden van vijf naar twee, zoals nu het plan is. Drie ziekenhuizen in Leiden, Amsterdam en Groningen die zich nog met kinderhartchirurgie bezighouden, zouden daar mee moeten stoppen.

Zowel oppositie als coalitie heeft kritiek op de manier waarop het besluit genomen is. Joba van den Berg van het CDA noemde het proces „verbijsterend”, Mirjam Bikker „wil toch het woord ’beschamend’ gebruiken.” Kamerbreed was er ontevredenheid over de gang van zaken.

Het besluit om twee van de vier centra te sluiten was onvoldoende onderbouwd, op een ontransparante manier tot stand gekomen en op een ongelukkig moment door een demissionair kabinet bekendgemaakt, merkten de meeste fracties op. Hierdoor zijn grote zorgen ontstaan onder patiënten, ouders en zorgpersoneel en is de sfeer tussen het kleine groepje specialisten bedorven.

Lees ook: Kuipers laat keuze voor locaties kinderhartcentra onderzoeken

De Nederlandse Zorgautoriteit doet een zogenoemde impactstudie waarin wordt gekeken welke gevolgen het besluit om terug te gaan naar twee gespecialiseerde hartcentra heeft voor de twee andere ziekenhuizen. De meeste fracties lijken de optie open te willen houden dat er straks toch drie centra open blijven in plaats van twee. Minister Ernst Kuipers heeft al laten weten dat wat hem betreft de uitkomst hoe dan ook zal zijn dat er twee centra open blijven, en twee dicht moeten.

Wachten met studie

PVV, CDA, SP, GroenLinks, ChristenUnie, Forum voor Democratie, JA21, SGP, BBB en de fractie-Den Haan vroegen hem nog even te wachten met die studie omdat drie centra ook nog een goede optie zou kunnen blijken. De VVD vindt wel dat voldoende vaststaat dat het voor de kwaliteit van de zorg beter is om er twee open te houden.

Wieke Paulusma van D66 wilde ondanks herhaaldelijk aandringen van andere Kamerleden niet expliciet zeggen of haar fractie al een besluit genomen heeft over een voorkeur voor twee of misschien toch drie centra. „Ik wil graag die impactanalyse afwachten.”

Zesogenprincipe

Kuipers laat in het dossier over de concentratie van de kinderhartcentra ook minister Conny Helder en staatssecretaris Maarten van Ooijen meekijken. Dat heeft hij al voor zijn benoeming zo afgesproken, zei hij in de Tweede Kamer. SP’er Maarten Hijink had hier vragen over omdat Kuipers bestuursvoorzitter was van het Erasmus MC, een van de twee Nederlandse ziekenhuizen die deze zorg zou blijven aanbieden. Op dit dossier past het ministerie steeds een „zesogenprincipe” toe, beloofde Kuipers.

Hijink benadrukte in zijn vragen dat hij niet twijfelde aan de integriteit van minister Kuipers, maar wel de schijn van belangenverstrengeling wilde voorkomen. Het dossier over de kinderhartcentra ligt zeer gevoelig. De ziekenhuizen die de zorg voor kinderen met een aangeboren hartaandoening volgens de huidige plannen straks niet meer zouden leveren, verzetten zich ertegen. Het gaat daarbij om het UMCG in Groningen en CAHAL, een samenwerking van de academische ziekenhuizen in Amsterdam en Leiden.

Begrijpelijke vragen

Hijink stelde „op zich volstrekt begrijpelijke” vragen, zei Kuipers. De minister verwees naar zijn persoonlijke geschiedenis die hem ook met de twee andere hartcentra verbindt. „Je zou kunnen zeggen: ik ben een Groninger. Ik heb gestudeerd in Groningen, ik heb een deel van mijn opleiding gedaan in Groningen. Dat is mijn alma mater. Ik heb ook een deel van mijn opleiding en een deel van mijn werkzame leven in het VU MC, nu het Amsterdam UMC, gezeten en ik heb in het Erasmus MC gezeten.”

Volgens hem zal de Kamer er ook in de toekomst „telkens tegen aanlopen” dat hij als vakminister betrokken is bij zaken waar hij in het verleden ook als arts en zorgbestuurder mee te maken heeft gehad. „U moet ervan uitgaan dat ik dit echt professioneel zal doen”, aldus Kuipers.

Meer nieuws uit Leiden

Net Binnen

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.