Universiteit heeft behoefte aan heldere kaders over China: ’Het heeft geen zin om de wereld in bubbels van gelijkgestemden op te delen’
© beeldbewerking mieke van zuijlen / foto’s getty images
De Universiteit Leiden werkt nauw samen met kennisorganisaties met een bedenkelijke reputatie op het gebied van spionage of banden met de Chinese defensie-industrie. De universiteit vindt dat het de risico’s onder controle heeft, maar zal de banden doorsnijden als de politiek dat opdraagt.
In de Tweede Kamer leven toenemende zorgen over China’s invloed in het hoger onderwijs. Tijdens een debat in november schetste VVD-parlementariër Ruben Brekelmans een beeld van studenten die in werkgroepen liever hun mond houden of niet durven te schrijven over China uit angst dat land niet meer in te kunnen. En D66 spreekt over hoe onze wetenschap sluipenderwijs door China wordt beïnvloed en bepleit een parlementair onderzoek naar ’de lange arm van Beijing’.
Er is de afgelopen jaren al flink wat onderzoek gedaan naar China’s invloed op universiteiten. Het Rathenau Instituut en de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen (KNAW) hebben een serie rapporten gemaakt waarin kansen en bedreigingen van kennissamenwerking met China in kaart zijn gebracht. Het The Hague Center for Strategic Studies heeft een checklist opgesteld die universiteiten behulpzaam moet zijn hun relatie met China wederkerig en veilig te houden. En Instituut Clingendael publiceerde een goed gedocumenteerde notitie over China’s invloed op het onderwijs in Nederland, waaruit blijkt dat er in bepaalde gevallen sprake is van beïnvloeding, voornamelijk in de vorm van het aanzetten tot zelfcensuur bij onderzoekers, studenten en bij academische uitgeverijen die met of in China werken.
Geen beletsel
Joanne van der Leun, decaan van de juridische faculteit en binnen de universiteit aangewezen als voorzitter van de regiogroep die de wetenschappelijke samenwerking met China coördineert, kent de discussie. „Natuurlijk zijn er zorgen over samenwerking met verschillende landen. Je moet als universiteit voorzichtig opereren als er zulke zorgen leven. De discussie hierover is in Leiden al aangejaagd door rapporten van het Leiden Asia Center.”
Die zorgen leven bij u zelf niet?
„Vanuit de juridische faculteit hebben we daar in de praktijk weinig mee te maken. Ik ken de zorgen uiteraard wel uit het grotere gesprek. Zo’n internationale samenwerking moet aan voorwaarden voldoen, bijvoorbeeld over wetenschappelijke vrijheid, voldoende wederkerigheid en of we onze eigen agenda kunnen volgen. Het is altijd zoeken of aan die voorwaarden kan worden voldaan.”
Maar u ziet op dit moment geen beperkingen in de samenwerking met China?
„Nee. Ik zie geen algemeen beletsel.”
Academische vrijheid
Zorgen leven echter niet alleen in het publieke debat of in politiek Den Haag. Ook op de Leidse universiteit zelf worden ze uitgesproken. Universitair docent Casper Wits bijvoorbeeld vroeg meermaals in de media aandacht voor studenten uit China, Hong Kong en Taiwan, die zich geremd zouden voelen zich uit te laten over actuele onderwerpen uit angst dat onwelgevallige meningen door mede-studenten worden doorgebriefd aan de Chinese ambassade in Den Haag.
„Ik ken deze gevallen zelf niet”, reageert Van der Leun. „Doorgaans zijn er voldoende hulptroepen aanwezig. De docent is erbij in de onderwijssituatie. Je hebt mede-studenten die elkaar kunnen opvangen. En er is de studie-adviseur als achtervang. Er is dus bestaand instrumentarium voor als dit zich voordoet. Ik heb eigenlijk het idee dat dit prima voldoet.”
Professor Jan Boersema deed recent namens de vertrouwenspersonen van de universiteit een aanbeveling om aankomende studenten en promovendi uit onvrije landen bij te spijkeren over het belang van vrije, onafhankelijke en kritische wetenschap als deel van hun academische vorming in Nederland. Is dat een idee dat de universiteit over wil nemen? Van der Leun houdt de boot af: „In zijn algemeenheid is dat belangrijk, daar zal niemand tegen zijn. Maar het gebeurt ook al. Als PhD’s aankomen in Leiden is dat onderwerp van hun introductie. Maar moet je dat bij alle studenten doen, ook als ze alleen hier een semester een vak volgen?”, vraagt Van der Leun zich af.
Spionagegevaar
Dan is er nog het gevaar van wat kennislekkage wordt genoemd. Het gaat dan om kennis en technologie die andere landen gebruiken om hun eigen bedrijven te helpen of voor de ontwikkeling van moderne wapensystemen, het verwerven en verwerken van inlichtingen of mensenrechtenschendingen. Die kennis kan worden gestolen; van afstand door computerhackers, maar ook door promovendi die toegang hebben tot computersystemen of in en uit labs lopen of door samenwerkingspartners met wie onderzoek wordt gedeeld.
Algemeen wordt aangenomen dat dit vooral bij technische universiteiten en de landbouwuniversiteit speelt. Maar bij de Universiteit Leiden realiseren ze zich dat ook zij risico’s lopen. „Als ik vanuit mijn ervaring spreek op de juridische faculteit kan een beetje kennislekkage van onze rechtsstaat geen kwaad”, grapt Van der Leun. „Natuurlijk verschilt dat per vakgebied. Er zijn sectoren waar voorzichtigheid geboden is. De wetenschappers zelf weten het best waar ze mee bezig zijn en wat eventueel gevaarlijk kan zijn.„
Het zijn toch de universiteiten zelf die om duidelijke kaders van de overheid vragen? Laatst nog in een hoorzitting van de Kamer.
„Dat klopt. Die roep is steviger dan een aantal jaar geleden: overheid help ons hiermee. Het geeft aan dat het bewustzijn over dit onderwerp is gegroeid.”
Waarom wachten? De risicogebieden zijn toch bekend: bio-farmaceutica, biotechnologie, fotonica en kunstmatige intelligentie gelden als interessegebied van Chinese spionnen. Ruimtevaart wordt ook vaak genoemd.
„Maar niet alles wat ruimtevaart is, is daarmee ook gevaarlijk. Het vraagt om een steviger toets aan het begin van de samenwerking. En als het werkelijk heel sensitief is, dan moet je het misschien niet willen. Maar je moet niet toe naar een situatie dat iedereen verkrampt bij het idee van samenwerken met China.”
Defensie-industrie
In 2010 heeft de Universiteit Leiden China aangewezen als prioriteitsregio waarmee structurele wetenschappelijke en onderwijssamenwerking wordt nagestreefd. Wetenschappelijke samenwerkingen waren er voor die tijd ook wel, maar sindsdien zijn ze geformaliseerd, uitgebreid en worden actief nieuwe contacten gelegd. Momenteel wordt samengewerkt met meer dan twintig Chinese universiteiten.
Daar zitten kennisinstellingen bij met een omstreden reputatie. De Australische denktank ASPI ontwikkelde de China Defence University Tracker, waarin alle openbare informatie is geladen die universiteiten linken aan spionage, ongewenste beïnvloeding, verspreiden van desinformatie en banden met het Chinese leger en veiligheidsdiensten.
Vijf van de 22 kennisinstellingen waarmee Leiden op dit moment langdurig samenwerkt vallen volgens ASPI in de categorie hoog of zeer hoog risico. Twee universiteiten waarmee tot dit jaar werd samengewerkt behoren tot de zogeheten Zeven Zonen van de Chinese defensie-industrie. Ze maken deel uit van de wetenschappelijke top in China en zijn dus inhoudelijk gezien aantrekkelijke partners. Maar ze hebben ook nauwe banden met het Volksbevrijdingsleger, veiligheidsdiensten en hun toeleveranciers; meer dan de helft van hun budget besteden ze aan defensie gerelateerd onderzoek en een groot deel van de studenten en promovendi vindt emplooi bij het leger of de defensie-industrie.
Chinese wetenschappelijke instellingen waarmee Universiteit Leiden een formele samenwerking is aangegaan.
· Tsinghua University, Beijing ***
· Peking University, Beijing **
· Beijing Language and Culture University, Beijing
· Beijing Normal University, Beijing
· China Foreign Affairs University, Beijing
· China University of Political Science and Law, Beijing
· Chinese Academy of Sciences *
· Sichuan University, Chengdu ***
· Hangzhou Medical University, Hangzhou
· Zhejiang University, Hangzhou **
· Shandong University, Jinan ***
· East China University of Political Science and Law, Shanghai
· Shanghai International Studies University, Shanghai
· Shanghai Jiaotong University, Shanghai
· Xiamen University, Xiamen *
· Xi ‘an Jiaotong University, Xi’an
· Xidian University, Xi’an ***
· China University of Hong Kong, Hongkong
· City University of Hong Kong, Hongkong
· Hong Kong Baptist University, Hongkong
· University of Hong Kong, Hongkong
· Hong Kong University of Science and Technology, Hongkong
Chinese universiteiten waarvan de samenwerking na afgelopen studiejaar niet is verlengd.
· Renmin University, Beijing
· Beihang University, Beijing ***
· University of Electronic Science and Technology of China, Chengdu ***
· Chongqing University, Chongqing *
· East China Normal University, Shanghai
· Northwestern Polytechnical University, Xi’an ***
· Northwest University of Politics and Law, Xi’an
(*** Zeer hoog risico, volgens ASPI China Defence Universities Tracker, ** Hoog risico, *= Gemiddeld risico)
„Die lijst is ons wel bekend”, reageert Van der Leun. „Die nemen we mee in onze overwegingen bij het afwegen van de risico’s en wat het je oplevert. Je moet je weg zoeken daarin en het is iets waarbij kaders van de overheid ook kunnen helpen. Als zij zeggen: met die universiteit mag je niet samenwerken, dan stoppen we daarmee.”
Het is voor u geen reden om in zelfstandigheid te besluiten de samenwerking te stoppen?
„Dat er dingen gebeuren in andere landen die we afkeuren, dat weten we. Het zijn lastige afwegingen waar je als universiteit probeert je eigen weg te zoeken. Er zijn verschillende momenten dat we toetsen of een samenwerking nog wel kan. Dat een universiteit banden heeft met het leger is op zichzelf geen reden de samenwerking te staken. Maar uiteraard kijken wij wel naar de inhoud van de samenwerking.”
Als u het Chinese leger of veiligheidsdiensten direct een handje zou helpen is dat een eenvoudige afweging. Meer in het algemeen wordt wel betoogd dat Nederland niet een autocratie als China moet helpen een supermacht te worden.
„Kritisch naar die samenwerking kijken is goed. Maar schiet nou niet te snel in ’dat moeten we niet willen’. Het belang van een universiteit is om de wetenschap verder te brengen. Dat is in uiteindelijk ook in het belang van Nederland. Soms kom je samen verder dan alleen. Zeker als het om de beste kennisinstellingen ter wereld gaat. Bovendien denk ik oprecht dat in gesprek blijven nuttig is. Het heeft geen zin om de wereld in bubbels van gelijkgestemden op te delen. Je afschermen is geen optie.”
Instituut Clingendael.© Archieffoto
’Rijksoverheid moet universiteiten helpen spionage te voorkomen’
China vormt de grootste dreiging voor onze economische veiligheid, staat in het meest recente jaarverslag van de AIVD. Door middel van digitale en klassieke vormen van spionage probeert het land technologie en kennis te stelen. De veiligheidsdienst is afgelopen jaar met alle universiteiten zogeheten kennisveiligheidsdialogen gestart. Maar wat zijn die risico’s precies, vragen we Danny Pronk, onderzoeker Veiligheid bij het Instituut Clingendael.
Welke risico’s lopen universiteiten op economische spionage van China?
„In principe geen. Universiteiten zijn academische instellingen die onderwijs en onderzoek verzorgen. Dat zijn per definitie openbare activiteiten. Een van de randvoorwaarden is dat onderzoek openbaar en repliceerbaar moet zijn. Dus kennis die op universiteiten wordt geproduceerd, kun je eigenlijk niet geheimhouden. Dat is anders waar onderzoek wordt verricht dat direct of indirect wapentechnische toepassingen kent. Dat wordt afgeschermd omdat je bepaalde landen niet slimmer wilt maken dan ze al zijn.”
Speelt dit alleen op technische universiteiten of ook op algemene universiteiten zoals in Leiden?
„Het speelt daar in ieder geval minder. Maar vergis je niet, ook ict, algoritmes en kunstmatige intelligentie kunnen wapentechnische toepassingen kennen. Zelfs bij Life Sciences speelt het een rol, denk aan chemische wapens of het genetisch aanpassen van soldaten. De Nederlandse overheid is nu bezig met het opstellen van een beleidskader waarin een aantal gevoelige sectoren worden benoemd.”
Zijn de universiteiten zich voldoende bewust van de risico’s die zij lopen op kennislekkage?
„Daar is zeker winst te behalen. Ik denk dat de rijksoverheid daar een actievere rol moet spelen. De bal is tot nu toe te gemakkelijk bij de universiteiten neergelegd. Net zoals de overheid actief advies geeft aan gevoelige bedrijven, zou dat ook richting de universiteiten moeten gebeuren.”
Algemeen wordt aangenomen dat China een van de landen is die volop spioneert. Zijn er ook concrete voorbeelden die hebben geleid tot het uitzetten van Chinezen of het berechten van spionnen?
„Ik ken geen voorbeelden uit Nederland. Wel van Iraniërs en Russen. Het kan zijn dat we ons lange tijd niet zo druk hebben gemaakt over de risico’s die China vormt. En wellicht zijn er ook wel spionageoperaties verstoord, zonder dat daar ruchtbaarheid aan is gegeven. Maar dat is speculatie.”
© Foto Taco van der Eb
Op deze universiteit is men echt in China geïnteresseerd
Wie: Augustina Cai (27)
Wat: studente majors Kunst, Media en Maatschappij en filosofie
Waar vandaan: Wuhan, China
Wat brengt je hier?
„Ik ben een beetje atypische student omdat ik eerst werkervaring heb opgedaan. In China werkte ik bij een kunstproject waar wij veel met Nederland te maken hadden. Dat heeft mijn interesse voor jullie land gewekt. Studeren in de Verenigde Staten of het Verenigd Koninkrijk is voor mij niet weggelegd, want te duur. Toen ik de beslissing min of meer genomen had liep ik Leiden opnieuw tegen het lijf, toen ik in Shandong Nederlandse studenten ontmoette die daar Mantsjoe bestudeerden. Dat is een kleine, bijna verdwenen taal. Ik dacht: hoe is het mogelijk dat mensen uit Leiden hierin geïnteresseerd zijn? Dat gaf mij het gevoel dat op deze universiteit men echt in China is geïnteresseerd.”
Voel je je welkom?
„Het is hier fijn. Het leven in een kleine stad is prettig. Ik weet wel dat Nederlanders Leiden tot de grotere steden rekenen, maar vergeleken met de Chinese steden is het echt heel kleinschalig hier. Ik vind het een verademing om hier te wonen. Ik deel een appartement. Daar heb ik mazzel mee. Maar ik zou liever een eigen kamer hebben. Maar dat is moeilijk te vinden en duur.”
Na je afstuderen: terug of hier blijven?
„Ik twijfelde eerst, maar nu weet ik het zeker: ik wil blijven. Ik heb de ambitie om curator te worden, iemand die tentoonstellingen samenstelt. Het westen speelt zo’n prominente plek in de kunst. Als je je op dat gebied wilt ontwikkelen moet je hier zijn.”
Augustina is niet je echte naam, he?
Hahaha, zoals zovele Chinezen heb ik hier een westerse naam aangenomen. Hoewel er in Nederland doorgaans goed Engels wordt gesproken, is hij voor westerlingen moeilijk uit te spreken en te onthouden: Cai XinYuan.”
© Foto Taco van der Eb
’Er is geld voor apparatuur waar wij van gaan watertanden’
Wie: Thijs van Kolfschoten
Wat: emeritus hoogleraar archeologie
Waar: vanuit zijn woonkamer in Utrecht.
Hoe is de samenwerking met China ontstaan?
„De bestaande samenwerking met de universiteit van Shandong liep niet helemaal lekker. Ik was een jaar of vijf geleden voorzitter van een internationale associatie en moest daarvoor in China zijn. Kun je niet even kijken of je de samenwerking kan vlottrekken, werd mij gevraagd. In Shandong bleken plannen te bestaan een afdeling op te tuigen precies in mijn expertise, de oude steentijd. Ze vroegen of ik daarbij kon helpen. Maar ik ga bijna met pensioen, wierp ik tegen. Des te beter, zeiden ze, dan heb je tenminste tijd. Bijzonder, maar ik ben op mijn oude dag nog via een talentprogramma van de Chinese overheid ingehuurd, haha.”
Hangt wetenschappelijke samenwerking misschien meer af van personen dan van instituten?
„Dat denk ik zeker. Instituten hebben allemaal goede bedoelingen. Daar komt niks van als er geen mensen zijn die er tijd en moeite in willen steken.”
Hoe verloopt de samenwerking?
„Ik maak gebruik van de beslissing van de Chinese overheid om flink te investeren in de wetenschap. PhD’s die in het westen zijn opgeleid krijgen carte blanche om het niveau op te krikken. Er is geld voor apparatuur waar wij in Leiden van zouden watertanden. Soms staat het nog in dozen te wachten op wetenschappers die het kunnen gebruiken.”
Er klinkt ook wel kritiek op die samenwerking…
„Natuurlijk weet ik ook wel dat er ook minder leuke dingen gebeuren in China. Desondanks vind ik dat persoonlijke uitwisselingen tussen landen cruciaal zijn. Een van mijn colleges gaat over kritisch lezen. Zo draag ik mijn eigen kleine steentje bij. Vanwege Covid geef ik nu online college. Ik wacht op het moment dat ik weer die kant op kan gaan. Ik schrijf samen met mijn Chinese collega artikelen over gegevens die ik in de afgelopen jaren heb verzameld. We hebben plannen voor een summerschool en een groot congres. Mijn werk is nog niet af.”
Over dit onderzoek
Het dossier over de banden van Leidse Universiteit met China is een co-productie van het Leidsch Dagblad met de Leidse Chinadeskundige Fred Sengers. Voor de totstandkoming van dit artikel is in Nederland en daarbuiten onderzoek gedaan en zijn 13 gesprekken gevoerd met 16 personen. Zij zijn ofwel direct of indirect bij de Universiteit Leiden betrokken (geweest), deskundig op het gebied van wetenschappelijke samenwerking met China ofwel deskundig op het gebied van het voorkomen van spionage. Deze productie is tot stand gekomen dankzij financiële steun van het Leids Media Fonds.