„Zie je boven dat enorme roestvrijstalen vat?” Caspar Hogeboom wijst langs de robuuste stalen stellage in zijn bedrijfshal naar boven.

„Daar maken we een soort slurry van calciumfosfaat, die laten we dan door sproeidrogen met een ronddraaiende beweging naar beneden zakken, waardoor er bolletjes ontstaan. Verderop staan ovens waar we ze bakken we met 1000 graden, waarna we ze zeven. Het eindproduct is een wit poeder van keiharde keramische micropartikels die vrijwel perfect rond zijn. Dat is precies waar wij goed in zijn: bolletjes maken in iedere gewenste grootte voor specifieke medische toepassingen. Na twee moeilijke jaren door corona krijgen we nu zoveel orders dat we de vraag nauwelijks aankunnen. Ee moeten 24 uur per etmaal draaien. Daarom gaan we er nog zo’n installatie naast bouwen.”

Lees hier meer over het Bio Science Park

Hoogeboom is de trotse CEO van Cam Bioceramics, een bedrijf met een lange geschiedenis op het Leiden Bio Science Park. Eigenlijk begon het al in 1985, als spinoff van de Leidse Universiteit.

Ups en downs

„Het bedrijf had in de loop der jaren zijn ups en downs en probeerde overal goed in te zijn. Zo voorzag Cam vroeger bijvoorbeeld implantaten van een calciumfosfaatcoating. Dat is specialistisch werk dat grotere bedrijven sneller en goedkoper konden doen. Toen ik hier in 2016 begon, hebben we het bedrijf daarom specialistischer gemaakt. We produceren nu alleen nog calciumfosfaatproducten zoals de partikels. Ik denk dat het de juiste koers is, want we zijn er heel goed in geworden. Alle grote implantatenmakers in de wereld zijn nu klant bij ons. En als ze iets zoeken wat er nog niet is, dan maken we het voor ze. Op het gebied van calciumfosfaat durf ik te stellen dat wij alles kunnen maken.”

De keiharde microbolletjes van Hogeboom en de zijnen worden nog altijd veel gebruikt voor de coating van implantaten, legt hij uit.

„De volgende stap is een partikel maken dat antibacteriële eigenschappen heeft om complicaties na het plaatsen van het implantaat tegen te gaan. De bolletjes worden uiteindelijk afgebroken door je lichaam. En je hebt bijvoorbeeld implantaten van polymeren die oplossen in je lichaam. Als je daar onze bolletjes doorheen mengt, worden deze in de loop der tijd vanzelf vervangen door bot.”

Kies trekken

De implantaten vormen het grootste toepassingsgebied van het Leidse calciumfosfaat, maar er is nog veel meer mogelijk.

„We hebben korrels ontwikkeld voor dentaal gebruikt: als je een kies laat trekken, kan de vrijgekomen holte daarmee worden gevuld. En dan is er de esthetische markt: onze bolletjes kunnen dienen als vulling voor injectables. Wanneer iemand een rimpel laat opvullen, zorgen de bolletjes voor het volume. Ze stimuleren de aanmaak van collageen en lossen uiteindelijk weer op. We leveren ook harde blokken calciumfosfaat waaruit onze klanten implantaten kunnen frezen voor bijvoorbeeld de vervanging van botjes in je oor. Wat ik ook een mooi vind, is de granule die we hebben ontwikkeld voor openhartchirurgie. Een klant van ons maakt een pasta waarin de bolletjes dienen als drager voor een ontstekingsremmend medicijn. Die brengt de chirurg aan vlak voor het sluiten van de borstkas waardoor de kans op ontstekingen enorm afneemt.”

De toepassingen zijn eindeloos, wil Hogeboom maar zeggen. Hij ziet de toekomst van het bedrijf dan ook optimistisch in.

„We hebben een hele goede naam in deze wereld. Ik denk dat dit het moment is waarop we moeten doorpakken. Hier in Leiden zijn we veel mensen aan het aannemen. Eind dit jaar verwacht ik dat we hier met zeventig mensen zijn. We willen ook uitbreiden naar de Verenigde Staten waar veel huidige en potentiële klanten zitten. Dat gaan we in de komende jaren doen.”