Leidse verpleeghuizen en thuiszorg zijn tjokvol: ’We moeten meer vragen van familie, naasten en buren’
Nico Ravensbergen hoopt op 3 oktober haring en wittebrood te serveren.© Foto Leonie van der Helm
De Leidse verpleeghuizen zitten tjokvol en er is een wachtlijst. Ook wie thuiszorg nodig heeft kan ‘nee’ te horen krijgen, terwijl het hoogtepunt van de vergrijzing nog moet komen. ‘Het knelt aan alle kanten.’
De wachtlijst voor verpleeghuizen in Leiden telt momenteel ongeveer honderd ouderen. In totaal zijn er achthonderd plekken in Leidse verpleeghuizen. De verwachting van Leidse zorgorganisaties is dat de vraag de komende twintig jaar toeneemt met 99 procent. Om aan de vraag naar zorg in de toekomst te voldoen, zouden er achthonderd verpleeghuisplekken bij moeten komen in Leiden. Deze verwachtingen zijn gebaseerd op demografische gegevens.
Hulp van familie
Thuiszorgorganisatie Libertas Leiden kan momenteel soms niet het volledige pakket van gevraagde zorg leveren. De zorgorganisatie levert ook niet meer alle zorg die voorheen wel werd geleverd. Zo wordt nu eerst gekeken steunkousen met hulp van mantelzorgers aangetrokken kunnen worden. ,,Er zijn nieuwe technieken gekomen waardoor het eenvoudiger is om steunkousen aan te trekken”, zegt Libertas-bestuurder Benjamin Martens. ,,Een familielid of naaste kan dat ook. Bijkomend probleem is wel dat die nieuwe technieken geld kosten en niet alle cliënten kunnen dat opbrengen.”
Familieleden kunnen in de toekomst ook taken krijgen in het verpleeghuis. Dat idee is ontstaan tijdens de coronacrisis. Een dochter hielp haar moeder met douchen in het verpleeghuis omdat veel personeel ziek of in quarantaine was. Zorgorganisatie Marente is in gesprek met de dochter of ze dit wil blijven doen. ,,We helpen haar daarbij door instructies te geven’’, zegt Anne Leemhuis, bestuurder van Marente. ,,Het scheelt ons tijd, maar voor de moeder en de dochter blijkt het ook een goede manier om de band te versterken. We verwachten dat we in de toekomst veel vaker de samenwerking met de familie op gaan zoeken.”
De wachtlijst voor het verpleeghuis heeft nu al effect op andere Leidse organisaties die zorg verlenen. Want als ouderen op de wachtlijst staan voor het verpleeghuis wonen ze nog thuis, terwijl dat eigenlijk niet meer gaat en hebben ze veel meer thuiszorg nodig, soms tot wel zes keer per dag. Ook de huisarts is vaker nodig. Thuiszorgorganisaties kunnen die extra vraag niet aan -zo moet zorgorganisatie Libertas Leiden regelmatig nieuwe zorgvragen afwijzen- en huisartsen stonden in juli te demonstreren op het Malieveld vanwege de toenemende werkdruk. De zorg is vergelijkbaar met een ketting die je niet meer kunt dragen zodra het koord ergens wordt doorgeknipt.
Een logische eerste gedachte bij al die tekorten van verpleeghuisplekken is: bouwen. Zorgkantoor Zorg en Zekerheid vroeg in 2020 dan ook aan alle zorgorganisaties in de regio naar uitbreidingsplannen. Die waren er wel degelijk, maar niet genoeg om alle aanvragen op te vangen. Inmiddels is de inventarisatie nutteloos gebleken, omdat de regering heeft besloten überhaupt geen nieuwe verpleeghuizen te financieren. Het zorgkantoor is direct afhankelijk van de financiering van de landelijke overheid en kan daardoor niets doen. De reden voor de bouwstop van verpleeghuizen is het personeelstekort, zo stelt de minister voor langdurige zorg Conny Helder. Wat heb je aan een nieuw verpleeghuis, zonder personeel om cliënten te helpen?
Verpleeghuis Haagwijk.© Foto Topaz
Verpleeghuiszorg thuis
Nu dat bouwen in ieder geval tijdens de duur van dit kabinet niet mogelijk is, denken zorgorganisaties na over andere oplossingen. Een voorbeeld daarvan is het concept ‘Volledig Pakket Thuis’. Klanten kunnen dan diensten afnemen die ze in een verpleeghuis zouden kunnen krijgen. Er zijn wel verschillen met zorg in het verpleeghuis. Zo is er geen 24 uur per dag, zeven dagen per week toezicht en de woning is van de cliënt zelf. Zorgorganisaties zijn aan het experimenteren met dit pakket voor thuis en vullen het allemaal anders in. Zo kunnen ouderen die binnen een straal van 1 kilometer van verpleeghuis Haagwijk wonen, verpleeghuiszorg thuis krijgen, zonder dat ze moeten verhuizen. Die korte afstand tot Haagwijk is nodig omdat het anders te lang duurt voordat zorgpersoneel aanwezig is bij iemand thuis. Ook bewoners van de seniorenflat Parelvissers kunnen sinds kort gebruik maken van zo’n verpleeghuispakket. ,,We kunnen deze tussenvorm alleen thuis aanbieden als cliënten vlak bij elkaar wonen”, zegt Libertas bestuurder Benjamin Martens. ,,Anders is het financieel en qua personeel niet te organiseren.”
De nabijheid van een uitvalsbasis zoals een verpleeghuis om zo’n verpleeghuispakket thuis te kunnen ontvangen, is niet overal in Leiden mogelijk omdat in sommige wijken weinig verpleeghuizen staan, zoals in de Merenwijk en Stevenshof. En dat terwijl de vergrijzing juist daar straks keihard zal toeslaan. Daarom denkt Libertas Leiden samen met woningbouwcorporaties na over het levensloopbestendig maken van bestaande appartementencomplexen waar veel ouderen wonen die op den duur zorg nodig hebben. Bijvoorbeeld door liften te plaatsen en drempels weg te nemen, zodat ouderen met rollators zich goed kunnen verplaatsen in hun huis. Dan wordt het mogelijk zo’n verpleeghuispakket af te nemen. Deze gesprekken zijn momenteel gaande en verlopen volgens Martens soepel. ,,Ook de woningcorporaties zien de enorme opgave door de vergrijzing.”
Er blijken nog wel allerlei vraagtekens te zijn rondom verpleeghuispakketten. Wie is verantwoordelijk voor een rookmelder in huis? De woning is van de cliënt, maar zorgorganisaties hebben ook een verantwoordelijkheid. ,,In verpleeghuizen gelden veel striktere regels als het bijvoorbeeld gaat over brandveiligheid”, zegt Martens. ,,Leggen we die regels dan ook op bij mensen thuis?’
Samenwerking
Een andere manier waarop de toenemende vraag naar zorg wordt opgevangen, is doordat zorgorganisaties meer samenwerken. Dat gebeurt nu al tijdens de nacht in de thuiszorg. Doordat thuiszorgmedewerkers van alle zorgorganisaties de voor de medewerkers belastende nachtdienst samen opvangen, hebben ze minder vaak dienst en is er tegelijkertijd nooit een tekort in de nacht. Een aantal autootjes met een ‘white label’ rijdt nu in de nacht door Leiden rond. Mogelijk wordt de samenwerking ook overdag gestart. De concurrentie en marktwerking tussen zorgorganisaties, zoals die een paar jaar geleden nog wel voorkwam, is daarmee voorbij. ,,Geen enkele zorgorganisatie maakt zich nog zorgen of er wel voldoende vraag van cliënten is”, zegt Anne Leemhuis, bestuurder van Marente en voorzitter van het samenwerkingsverband van regionale zorgorganisaties Avant. ,,Die tijd is voorbij.”
Nieuwe regels?
Niet alleen neemt de vraag naar een plek in het verpleeghuis toe, de zorg voor de bewoners van verpleeghuizen verandert ook. In verpleeghuizen wonen nu al steeds meer mensen met ernstige ‘psychosociale en geriatrische’ problemen. Vanwege de dubbele vergrijzing - niet alleen neemt het aantal ouderen toe, maar de gemiddelde leeftijd komt ook steeds hoger te liggen - zal het aantal mensen met een zware vorm van dementie alleen maar toenemen. Ouderen gaan alleen naar het verpleeghuis als het thuis niet meer gaat. Dat betekent dat ouderen fysiek, maar ook mentaal behoorlijk wat moeten mankeren, willen ze een ‘indicatie’ krijgen voor het verpleeghuis. Toch is die indicatie volgens Leemhuis nog niet zwaar genoeg omdat de plekken in het verpleeghuis zo schaars worden. ,,Wellicht krijgen in de toekomst alleen ouderen met heel ingewikkeld en zeer moeilijk hanteerbaar gedrag een plek in het verpleeghuis. De regels over de voorwaarden worden overigens niet door ons gemaakt. Dat is een landelijke discussie.”
De zorg die verleend moet worden in verpleeghuizen is nu al ingewikkelder en zwaarder omdat er in vergelijking met een aantal jaar geleden nu al meer mensen met psychosociale problemen wonen. Dat merkt ook specialist ouderengeneeskunde Niels Langhout. Hij kent zo’n beetje alle verpleeghuizen in Leiden en omgeving omdat hij in de avond, nacht en in het weekend door zorgorganisaties bij nood kan worden opgeroepen. Zwaardere hulpverlening vraagt ook weer meer van het zorgpersoneel in verpleeghuizen. Volgens hem zou er slimmer samengewerkt moeten worden om het verwachte tekort aan personeel op te vangen. ,,Op die manier kunnen we nu piekdrukte beter opvangen en dokters efficiënter inzetten.”
Verpleeghuizen spelen nu al actief in op het feit dat meer mensen in verpleeghuizen een zware vorm van dementie hebben door gebouwen en buitenruimtes aan te passen wanneer er een mogelijkheid is om een nieuwe locatie te openen. Let wel: het gaat dan om het verhuizen van bestaande plekken, niet om een uitbreiding van het aantal plekken. In de nieuwe locatie aan de Robijnhof van Libertas Leiden bijvoorbeeld, die in 2023 opent, wordt de inrichting vriendelijk, zacht en prikkelarm. Ook wordt er gewerkt met meer digitale toepassingen waardoor het voor sommige bewoners wel mogelijk is om de voordeur te verlaten en voor anderen niet. Dat geeft meer bewegingsvrijheid dan een gesloten afdeling voor iedereen. Zorgorganisaties werken ook met looproutes vanwege de ‘loopdrang’ van deze cliënten. Ze kunnen dan binnen of buiten in een afgesloten tuin een fors stuk lopen.
Naastenliefde
Alle oplossingen bij elkaar zullen niet genoeg zijn om dit ‘draconische’ vraagstuk op te lossen, waarschuwen de bestuurders van Leidse zorginstellingen. Leemhuis: ,,We moeten meer vragen van familie, naasten en buren. De vraag naar zorg thuis, maar ook naar de zorg in het verpleeghuis kan niet meer alleen door professionals worden verleend. We kunnen mantelzorgers wel ondersteunen om goede zorg te verlenen.”
Bestuurder Martens denkt dat we met de wachtlijsten in het achterhoofd als maatschappij anders moeten denken over de zorg. Hij adviseert ouderen om elkaar op te zoeken en na te denken over wat zij in de wijk nodig hebben om vervolgens het gesprek te initiëren met woningcorporaties, zorg- en welzijnsorganisaties. Momenteel voert Martens dat gesprek in de Burgemeesters- en Professorenwijk, maar hij benadrukt dat burgers ook veel zelf zullen moeten doen. ,,Omzien naar elkaar is door de ontkerkelijking verloren gegaan. We zijn ontzettend geïndividualiseerd. Maar naastenliefde is precies wat we nu nodig hebben.”
Nico Ravensbergen
Nico (89) zorgt dat het reilt en zeilt in de Apollotoren
Ja, hij heeft zich ingeschreven voor een appartement in de Parelvissers, maar dat is alleen als het in de Apollotoren echt niet meer gaat.
Nico Ravensbergen (89) en zijn vrouw Corrie (91) hebben het nog prima voor elkaar samen op de achtste verdieping. Ze voelen zich nog goed, hoewel Corrie slecht ziet en moeilijk ter been is. Ze krijgt elke ochtend hulp van thuiszorgorganisatie ActiVite bij het aankleden. Nico zorgt voor de rest. Hij kookt en zorgt ervoor dat het reilt en zeilt in de Apollotoren. Dat wil niet zeggen dat er niets ontbreekt als het gaat over de voorzieningen in de toren. In een handomdraai pakt Ravensbergen de woonbrochure uit 2008 van de toren erbij. Een kleurrijke eerste pagina rept over warme maaltijden en medische hulp, maar van de maaltijden is nu niets meer over en medische hulp is er nooit geweest.
Aanvankelijk was er wel degelijk een restaurant waar het echtpaar Ravensbergen graag naar toe ging in het weekend, maar het restaurant is na het verlopen van tien jaar gemeentesubsidie gestopt. Het idee was dat het zich na tien jaar zelf zou kunnen bedruipen, maar met de coronacrisis erbij, is dat niet gelukt. Op de plaats van het restaurant zit nu een kerk. ,,Hoewel we wel degelijk kerks zijn grootgebracht”, stelt Ravensbergen, ,,gaan we daar toch echt niet naar toe.”
Toegegeven, er is een kapper, af en toe zijn er koffie-ochtenden en er zijn koersbaltoernooitjes (een balspel dat lijkt op jeu de boules), maar als je meer wilt, moet je het als bewoner van de Apollotoren echt zelf regelen. En dat doet Ravensbergen dus ook. Zo organiseert hij graag filmmiddagen, bijvoorbeeld over de stad Leiden vroeger en hopelijk lukt het om op 3 oktober haring en wittebrood te serveren. Hij is daar met verschillende organisaties mee in overleg.
De alleroudsten van Leiden
Dit is het tweede deel in een serie over de alleroudsten van Leiden. De komende zaterdagen verschijnen deel 3 en 4. Deze serie is mogelijk gemaakt door het Leids Mediafonds.