Dat blijkt uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Kantoren en winkelpanden werden afgelopen jaar gemiddeld wel iets vaker veranderd in woonruimten, maar het ombouwen van andere type panden gebeurde juist minder vaak.

Dit gaat bijvoorbeeld om gebouwen met een maatschappelijke functie zoals oude schoolgebouwen en kerkgebouwen, of gebouwen die eerder een industriële gebruiksfunctie hadden.

In 2020 kwamen er ruim 10.000 woningen bij door kantoren, winkels en andere ruimten te verbouwen, en de jaren daarvoor ging het om ongeveer 12.500 woningen.

Ongeveer tien procent van alle woningen die vorig jaar bij de woningvoorraad kwamen, zijn omgebouwde winkels, kantoren en andere panden. Nieuwbouw blijft nog altijd de belangrijkste factor voor de echte groei van de woningvoorraad. Zo kwamen er vorig jaar 71.000 nieuwbouwwoningen bij.

Uit de eerste schattingen van CBS zijn er het eerste half jaar van 2022 zo’n 4500 woningen bijgekomen doordat panden zijn omgebouwd.

Kantoren

Vooral kantoren werden gemiddeld gezien vaak veranderd in huizen of appartementen. Afgelopen jaar zijn er zelfs iets meer kantoren omgebouwd dan de jaren ervoor. Mogelijk komt dat omdat deze panden steeds vaker deels leeg komen te staan, omdat er vaker wordt thuisgewerkt sinds de coronapandemie.

Vorig jaar kwamen er door het aanpassen van kantoorpanden zo’n 4.100 woningen bij. Dat is dertien procent meer dan in 2020. Het aantal panden zelf lag volgens CBS wel iets lager dan in andere jaren, maar per kantoorpand kwamen er gemiddeld meer woningen bij dan in 2020 omdat er bijvoorbeeld appartementen in gebouwd werden.

Na omgebouwde kantoren, zijn er vooral veel winkels veranderd in woningen. Een vijfde van de woningtransformaties is ontstaan uit industriepanden en maatschappelijk vastgoed. Dit aantal ligt lager dan de jaren ervoor.

Overigens zijn het niet altijd volledige panden die worden bewoond worden. De meeste panden zijn vorig jaar vaak voor een deel in woonruimte veranderd. Het andere deel bleef bijvoorbeeld winkelruimte of kantoor.

In Noord-Holland en Zuid-Holland zijn relatief gezien de meeste panden omgebouwd. In Noord-Holland kwamen er in totaal 1.925 woningen bij en in Zuid-Holland waren dat er 1.965. Daarna volgde Gelderland.

Amsterdam is koploper, hier zijn vorig jaar veruit de meeste panden omgebouwd, blijkt uit het onderzoek. Zo’n twaalf procent van alle verbouwde panden zijn in Amsterdam te vinden, dit zijn er 1155. Daarna volgen Groningen, Rotterdam en Den Haag. Van de vier grote steden, zijn er in Utrecht juist de minste panden verbouwd tot woonruimten.