De horeca heft ’t glas maar een kater ligt op de loer | commentaar
In ondernemersland zijn na ruim twee deprimerende coronajaren weer lichtpuntjes te melden. Het aantal leegstaande winkelpanden is vorig jaar gedaald naar het laagste niveau in tien jaar en de horeca krabbelt ondanks personeelstekorten en hoge energiekosten langzaam weer op. Reden genoeg voor ondernemers om een extra borrel achterover te slaan op de Horecava die na een verplichte coronastop maandag in de RAI in Amsterdam van start is gegaan.
De pandemie heeft een flink gat geslagen in de reserves van de horeca-ondernemers. Voor honderden zaken kwam ondanks overheidssteun het einde van de lockdowns zelfs te laat. Vermaarde familiebedrijven moesten de deuren voorgoed sluiten met vaak persoonlijke drama’s tot gevolg. Degenen die het wel hebben gered, rechten nu de rug en staan klaar om toekomstplannen uit te wisselen.
Ondanks het overheersende gevoel van opluchting wordt horecabezoekers aangeraden in elk geval de cursus ’omgaan met teleurstellingen’ eens op te frissen. Koninklijke Horeca Nederland (KHN) waarschuwt dat consumenten ook dit jaar nog rekening moeten houden met dichte restaurants, gesloten terrassen en beperktere menukaarten. Belangrijkste oorzaak is het immense personeelstekort. Van de circa 60.000 vacatures zijn er 40.000 in de keuken, met de grootste krapte bij de koks. Dit tekort wordt door de branche gezien als de grootste rem op economisch herstel.
Een andere ernstige bedreiging vormen volgens KHN de gestegen kosten voor energie en de inkoop van producten. Ondernemers zouden die kosten nog amper door durven te berekenen aan de klant. Dat zou wel moeten, vindt de horecaclub. Want consumenten mijden de supermarkten ook niet terwijl ze hun prijzen fors hebben verhoogd. Een vergelijking die niet opgaat. Bezoek aan de supermarkt is immers een eerste levensbehoefte, bezoek aan de horeca is voor veel mensen een luxe. Zeker als je negen euro moet afrekenen in een strandtent voor twee warme chocomel met slagroom. Het is dat er geen alcohol in zit maar de kater is er wel. In je portemonnee.