Artsen komen steeds vaker vroege vormen van darmkanker op het spoor, sinds de invoering van het bevolkingsonderzoek naar darmkanker in 2014. Een bepaald type, het zogeheten T1 colorectaal carcinoom (T1CRC), blijkt al vrij snel na het ontstaan bindweefselcellen te ’rekruteren’ om in te groeien in de darmwand, maar ook al snel daarbuiten, in de lymfeklieren.

Onderzoekers van het laboratorium Maag-, Darm- en Leverziekten van het LUMC richten hun onderzoek daarom steeds meer op de omgeving van die T1CRC-kankercellen. Deze omgeving wordt het ’tumor-stroma’ genoemd. Om dit onderzoek goed te kunnen doen, heeft onderzoeker Luuk Hawinkels binnen het LUMC een Stroma Research Center Leiden opgericht. Het onderzoek richt zich specifiek op de ’tumor-geassocieerde’ bindweefselcellen die de T1CRC-tumor als het ware assisteren bij hun uitzaaiing.

(Tekst gaat door onder filmpje)

Tot een betere behandeling van deze vroege darmkanker leidt dat voorlopig niet. Als T1CRC wordt gevonden, proberen artsen de uitzaaiingen met scans op het spoor te komen. Dat blijkt moeilijk te zijn. Ook inschattingen op basis van microscopische kenmerken van de tumor zitten er vaak naast. Ruim 80 procent van de geopereerde patiënten blijkt achteraf geen uitzaaiingen te hebben gehad. De operatie was dus onnodig.

Toch is het doel van het onderzoek wel om het samenspel van bindweefsel en T1CRC zo goed in beeld te krijgen, dat het aantal darmoperaties kan worden teruggedrongen.